Vlaams minister Koen Van den Heuvel maakt 73.462 euro vrij om het project ‘Scheldehelden 2.0’ te ondersteunen. Dat maakte de minister vandaag bekend aan de Huveneersheuvel te Bornem.
“Na een projectoproep zijn  12 kortetermijnprojecten in Klein-Brabant geselecteerd. Zij kunnen in de periode 2019-2020 op Vlaamse medefinanciering rekenen. Met de projecten wordt gewerkt aan verbeterde toegankelijkheid van sites, ecologische verbeteringen, ontsluiting van erfgoed, maar ook aan het sociaal weefsel in de streek”, aldus Koen Van den Heuvel.
 
De projectoproep, die past in de uitvoering van het ‘landinrichtingsproject Klein-Brabant en Zwijndrecht’, heeft de bedoeling om besturen, organisaties en inwoners die wonen of werken in de gemeenten Bornem, Puurs-Sint-Amands en Zwijndrecht, te stimuleren tot het indienen van initiatieven die de kwaliteit van de open ruimte in hun leefomgeving ten goede komen. In deze ‘open ruimte’ is een brede waaier van thema’s op het platteland van belang: landschap, natuur, landbouw, welzijn, stilte en rust, duurzame energie, recreatie en toerisme, historisch en cultureel erfgoed, plaatselijk ondernemerschap…
 
De oproep ‘Scheldehelden 2.0’ is reeds de 5e in zijn soort en ook ditmaal heeft de Vlaamse Landmaatschappij de oproep georganiseerd en begeleid. De ingediende projectvoorstellen werden door een onafhankelijke jury beoordeeld op basis van een aantal criteria zoals: het verhogen van de aantrekkelijkheid van de omgeving, de mate van betrokkenheid van bewoners, de beleving van de cultuurhistorische identiteit, het gebruik van duurzame materialen en uitvoerbaarheid op korte termijn. Dat resulteerde in een selectie van 12 projecten die in 2019 en 2020 kunnen rekenen op een Vlaamse subsidie van 50 % van de projectkosten (maximaal 10.000 euro). Projecten dienen dan binnen de twee jaar te worden afgerond.
“Hiermee geven we deze kleinenere en lokale initiatieven een duw in de rug. Samen met de uitvoering van de grotere infrastructuur- en landschapswerken in het kader van landinrichting, zorgen ze voor een verhoogde beleving van het landschap”, besluit Van den Heuvel.