Geert Bourgeois, Vlaams minister-president en Vlaams minister van Onroerend Erfgoed, heeft Woning Burssens voorlopig beschermd als monument. “Naast een grote architecturale waarde bezit de woning eveneens een hoge artistieke waarde. Deze is niet alleen gelegen in de kwaliteit van het architectuurontwerp, maar is ook sterk aanwezig in het interieur. De hele woning getuigt van een unieke, persoonlijke interpretatie van het naoorlogse modernisme”, aldus minister-president Geert Bourgeois.
Woning Burssens, ontworpen door architect Daniël Craet voor zijn schoonvader Amaat Burssens, dateert van 1955 en werd in 1959 uitgebreid met een museumgebouw achteraan in de tuin. De woning kan beschouwd worden als een zeer gaaf bewaard voorbeeld binnen het oeuvre van architect Daniël Craet, die zijn ontwerpen vaak als een totaalconcept opvatte en realiseerde in samenwerking met zijn echtgenote Frida Burssens. Zij was als vormgeefster vooral betrokken bij het ontwerp van interieurelementen en kleurenschema’s voor de afwerking. Woning Burssens representeert de vormelijke karakteristieken van het (vroege) oeuvre van architect Craet, dat getuigt van een getemperd modernisme naar Noord-Europees model. Kenmerkend hiervoor zijn onder meer een eerlijk en logisch gebruik van lokale materialen en het inspelen op de karakteristieken van het terrein en de oriëntatie, met aandacht voor de privacy en de woonkwaliteit van de bewoners. Het exterieur vormt een eerlijke vertaling van de algemene planindeling, die is opgebouwd uit split-levels. De vormgeving en het materiaalgebruik van de villa zijn uiterst representatief voor de ontwerpen van Craet: een asymmetrisch volume onder een lessenaarsdak, uitgevoerd in (witgeschilderde) baksteen, verlevendigd met zichtbaar, ruw baksteenmetselwerk, houten beplankingen en donker geschilderd schrijnwerk en plint. Ook het achterliggend museumgebouw getuigt van een moderne, eigentijdse vormgeving en een gelijkaardig materiaalgebruik.

Behalve architecturale waarde, bezit de woning eveneens een hoge artistieke waarde. Deze is niet alleen gelegen in de algemene kwaliteit van het architectuurontwerp, maar is ook sterk aanwezig in het interieur en in een polychrome afwerking van exterieur- en interieurelementen. De dynamische planindeling wordt gecombineerd met een weloverwogen aankleding met vast en los houten meubilair naar een ontwerp van Craet en vervaardigd door de gerenommeerde Gentse meubelfirma Van den Berghe-Pauvers. Het meubilair draagt bij tot de hoge ensemblewaarde van het ontwerp en is representatief voor de ontwikkelingen in de moderne binnenhuiskunst op dat moment. Het meubelontwerp combineert typische elementen uit Craets praktijk (de doorgeefkast tussen keuken en living, en ingemaakte kasten), met unieke ontwerpen voor deze woning (het dressoir). De vormgeving van het meubilair en details vertonen opvallende gelijkenissen met internationale voorbeelden, maar getuigen van een unieke, persoonlijke interpretatie door Craet en Burssens van het naoorlogse modernisme.

Achtergrondinformatie

Craet, afgestudeerd als architect aan Sint-Lucas in Gent in 1951, bouwde vanaf 1954 een omvangrijk oeuvre uit. In 1955 realiseerde hij in Mariakerke bij Gent een relatief groot aantal ontwerpen, waaronder – naast Woning Burssens – ook zijn eigen woning, de kunstenaarswoning van zijn schoonbroer Jan Burssens, en meerdere ontwerpen in de aanpalende modelverkaveling aan de Korte Rijakkerstraat, evenals in de omliggende straten.
Binnen negen maanden beslist minister-president Geert Bourgeois over een definitieve bescherming.

Foto: Onroerend Erfgoed