Is er verschil in antistoffen na vaccinatie tussen mensen die al besmet zijn met het coronavirus en mensen die nog geen coronabesmetting hebben gehad?

De opening van de landelijke vaccinatiecampagne riep een bijzondere vraag op: “Verschillen antistoffen na vaccinatie tussen mensen die al besmet zijn met het coronavirus en mensen die dat niet hebben?” Uit het PICOV-VAC-onderzoek blijkt dat mensen die eerder besmet waren, sterker reageerden na één injectie met het BNT/Pfizer-vaccin dan mensen die geen eerdere infectie hadden. De studie werd geleid door Sciensano in samenwerking met laboratoria van de Université Libre de Bruxelles  (ULB) en het ITG in Antwerpen.

De PICOV-VAC-studie werd voorafgegaan door de PIVOC-studie. In dit onderzoek is gekeken in hoeverre bewoners en personeel van woonzorgcentra die eerder positief waren getest op COVID-19, beschermd waren tegen nieuwe infecties. In de tweede studie werd gekeken naar de verschillen in antistoffen na vaccinatie tussen mensen die eerder besmet waren met het coronavirus en mensen die dat niet hadden. Beide studies werden uitgevoerd in de laboratoria van de ULB en het ITG.
In drie woonzorgcentra namen onderzoekers op verschillende tijdstippen bloed af. “We hebben een deel van de bloedstalen en alle tests verwerkt om het neutraliserende vermogen of de ‘kwaliteit’ van de antilichamen tegen verschillende varianten van het virus te bepalen”, legt professor Kevin Ariën, hoofd van de afdeling Virologie van het ITG, uit.

Alle deelnemers, zowel jong als oud, ontwikkelden antistoffen na twee doses van het BNT/Pfizer-vaccin. Wel zagen de onderzoekers een duidelijk verschil in de hoeveelheid en kwaliteit van de antistoffen. Mensen die al besmet waren met COVID-19 hadden de hoogste hoeveelheden en de beste kwaliteit antistoffen. Bewoners die voor hun vaccinatie niet besmet waren, ontwikkelden na twee doses van het vaccin de kleinste hoeveelheid antistoffen met de zwakste kwaliteit. Mensen die nog geen COVID-19-infectie hadden doorgemaakt en toch een zwakke antilichaamrespons vertoonden na een volledige vaccinatie, kunnen baat hebben bij een derde dosis.
De studie toont ook aan dat de antilichamen die door het vaccin worden geïnduceerd de Zuid-Afrikaanse variant aanzienlijk minder effectief neutraliseren dan die bij mensen die al besmet waren voordat ze het vaccin kregen. Of een derde dosis de nodige bescherming kan bieden tegen opkomende varianten zal nader onderzoek vergen.

Om kwetsbare groepen maximaal te beschermen, is het essentieel dat de vaccinatiegraad onder de algemene bevolking zo hoog mogelijk is. Alleen zo kan groepsimmuniteit worden nagestreefd om de viruscirculatie zo beperkt mogelijk te houden.

Foto: www.itg.be