Het Northumberland National Park, met als embleem de wulp, strekt zich ruwweg uit van de grens met Schotland over The Cheviot Hills via het Kielder woud tot de muur van Hadrianus. Het landschap bestaat voornamelijk uit heuvels, heide en bos. Het park bezoeken we nu niet, wel de streek ten oosten ervan.

Wooler is een kleine ‘market town’ aan de rand van het park. Men noemt het de poort tot de Cheviots. Het is een populaire startplaats voor wandelingen. De lange High Street nodigt uit tot een verkenning van heel wat leuke detailwinkels. Je vindt er ook twee kerken om te bezoeken en verschillende pubs en koffiehuizen. De Flower Fountain werd in 2020 gerestaureerd en je vindt er uitleg over de watertoevoer in de 19de eeuw na een cholera-uitbraak. Bij het informatiecentrum in Burnhouse Road kan je een handige brochure verkrijgen met alle handelaars uit High Street.

Enkele km buiten Wooler komen we bij een van de verborgen pareltjes van Northumberland: de Ford en Eatal Estates, twee dorpjes met een overvloed aan erfgoed, zoals de Heatherslaw Light Railway, een 6 km smalspoor en Etal Castle, een ruïne uit de 14de eeuw, beheerd door English Heritage. In Ford kan je een mooie wandeling maken doorheen het park (het kasteel is privé) en het dorp. De Lady Waterford Hall hier heeft opmerkelijke Pre-Raphaelite muurschilderingen.

Rothbury is een andere mooie ‘market town’, ook aan de rand van het park, opgetrokken in zachte zandsteen. Gelegen bij de Coquet-rivier vind je er ook twee zeer leuke winkels. Thomas Rogerson, de schoenwinkel, heeft een ware arcade en Soulsby & Sons is een paradijs voor kinderspeelgoed.

Enkele km buiten Rothbury komen we bij Cragside, een van de paradepaardjes van de National Trust. Hier vinden we Lord Armstrong terug, de man die we tegenkwamen in Bamburgh in ons vorige verhaal: de industrieel, uitvinder en ook weldoener. Centraal staat het huis, uitkijkende over de rotstuinen, het park en de bossen. Cragside betekent letterlijk huis op de rots. Armstrong kocht het domein in 1863 en liet er zijn architect op los. Zijn uitvindingen, vooral met de kracht van water, zorgden ervoor dat in Cragside het eerste huis in Engeland, verlicht met hydro-elektriciteit werd gebouwd. Op verschillende plaatsen in het park kom je de bedenkingen rond waterkrachtsystemen van Armstrong tegen. Vele kamers tonen de invloed van The Art & Crafts-beweging met ook werk van William Morris. Het ‘Turks bad’ is een thermenplaats avant la lettre; van de bibliotheek, via de eetkamer tot de lange gang op de eerste verdieping: overal fijnzinnig meubilair en heel wat kunstvoorwerpen. Bekijk de immense, handige keuken met de speciale hydraulische lift, van de hand van de meester zelf.

 

Het mooiste uitzicht op het huis heb je vanaf de stalen brug over het riviertje Debdon Burn dat zich verder in de Coquet-rivier smijt. Het park is immens met heel wat wandelmogelijkheden. Ook kan je de Carriage Drive doen per auto. Dit is een 10 km circulair parcours door het park. Opgelet: je mag niet meer dan 20 km per uur rijden. Voor alle zekerheid: gebruik zeker het handige plannetje dat je krijgt bij het onthaal. Naar National Trust-normen is er ook een goedgevulde souvenirwinkel en er zijn ook twee tearooms.

Voor Alnwick stel ik voor er twee dagen voor uit te trekken. Alnwick zelf is een aangenaam stadje met wat lokale winkels en eetgelegenheden. Juist aan de buitenkant van de stad staat Alnwick Castle. Het ligt in de vallei naast de Aln rivier. Het zou na Windsor het grootste bewoonde kasteel in Groot-Brittannië zijn. Als sommige kastelen wat saai zijn, dan geldt dat zeker niet voor Alnwick. Heel wat films zijn hier opgenomen, onder meer Robin Hood, Prince of Thieves, maar de meest in het oog springende productie, zeker voor kinderen, is Harry Potter. Alnwick was het decor voor Zweinstein, De Hoge School voor Heksen en Tovenaars. Dagelijks zijn er ‘Broomstick’-lessen op het grasplein voor de State Rooms. De State Rooms zijn de parels van het kasteel en hier vinden we de Percy’s terug (remember Warkworth). De familie heet nu The Duke & Duchess of Northumberland. In de prachtige kamers ook een aantal schilderijen van Tintoretto tot A. van Dyck. Een van de weinige privévertrekken die je mag bezoeken is de bibliotheek, een privésalon met veel familiefoto’s en een open barkast. Zo zie je de favoriete drankjes van de huidige hertog. Je leert ook uit de verschillende kronen wat een baron, graaf of hertog op zijn hoofd krijgt tijdens koninklijke festiviteiten. In The Artisans Courtyard kunnen kinderen zich verkleden en zich bezighouden met middeleeuwse activiteiten. Je kan ook over de kantelen wandelen en het kleine museum over de Northumberland Fusiliers bezoeken, een der oudste regimenten van het Britse leger. De Courtyard Café en Stables Fryery zorgen voor de inwendige mens, alhoewel de frieten in Stables Fryery voor ons geen hoge score halen. Begin zeker met de film die de huidige duke inspreekt in het koetshuis. Je krijgt een begrijpelijke samenvatting over de geschiedenis van het kasteel en zijn familie.

Waar je ook geparkeerd ben, laat gewoon je auto staan, want Alnwick telt nog twee andere attracties.

Alnwick Garden is het werk van de hertogin van Northumberland. Op het einde van de jaren ‘90 bleef er van de historische tuin van het kasteel niet veel meer over door verwaarlozing. De hertogin ging voor een nieuw concept: een tuin voor alle leeftijden. De nieuwe tuin opende in 2002 en werd gestaag aangevuld met nieuwe ideeën tot wat hij nu is. Er is veel en gedurfd gewerkt met water.

The Grand Cascade wordt omringd door haagbeuken en heeft vier verschillende watersequenties. In The serpent garden kom je een zevental watercreaties tegen die de verschillende aspecten van het gedrag van water uitbeelden. Boven de Cascade kom je in de prachtige Ornamental Garden, met zowel bloemen als fruit en een festival van kleuren waarop licht en schaduw effect hebben. Leuk is ook het mystieke Bamboo Labyrinth en de tunnel van klimop. In The Poison garden mag je de planten niet aanraken. De makers zijn er echt in geslaagd om iets speciaals te maken, je merkt het aan de verscheidenheid aan bezoekers in het park: een mix van oude mensen op banken en kinderen die spelen, al dan niet in en uit het water lopende.

Naast Alnwick Gardens is er voor de kleinsten sinds 2022 Lilidorei. Het is een magisch, mysterieus dorp met negen clans die Kerstmis adoreren. De leider is Lord Elfin die in een groot kasteel woont. De kinderen kunnen hun eigen verhaal creëren. Middenin is er een grote toren van 26 meter hoogte met liefst zes glijbanen. De toegangskaarten via time tickets moeten vooraf besteld worden. Wij hebben Lilidorei niet bezocht, maar volgens kenners zou het zeer aangenaam voor kinderen zijn, alhoewel de hoge toegangsprijzen wel een struikelblok zijn.

Laatste stop in Alnwick is Barter Books. Het oude, victoriaanse stationsgebouw uit 1887 ging in 1968 uit circulatie. In 1991 ging het open als een der grootste tweedehandsboekenwinkels in Groot-Brittannië en Europa. In het eerste deel van de winkel ligt boven op de boekenrekken een miniatuurspoorlijn waarover treintjes rijden. Ook zijn er drie grote muurschilderijen. The Railway Mural toont de 450 namen van spoorwegpersoneel dat hier werkte van 1850 tot de sluiting. The Famous Writers is een werk met 33 levensgrote portretten van beroemde schrijvers in de Engelse taal. De boeken zijn mooi verdeeld volgens categorie. Er is ook een antiquariaat en er zijn getekende boeken. Het Station Buffet verzorgt lichte maaltijden. Nog een weetje: de ‘Keep Calm and Carry On’-poster is hier een hit geworden na een toevallige ontdekking in 2000.

Het Engelse ‘barter’ betekent ruilhandel. Volgens ingewijden zou je tijdens de beginjaren in ruil voor oude boeken die je binnenbracht een krediet kunnen opbouwen waarmee je andere boeken kon kopen. Ongeveer 15 jaar geleden gold dit voor een vierde van de boeken, maar of dit systeem nu nog gebruikt wordt, weten we niet.

Als je een ferry huiswaarts moet nemen is het handig en slim dat je een laatste afspraak of bezoek dicht bij de haven kiest. Om het DFDS-schip voor de terugreis naar IJmuiden zeker niet te missen in Newcastle is Seaton Delaval Hell in het gelijknamige Seaton een optimale keuze. Vanaf hier naar de haven in North Shields is het nog amper 17 km.

Seaton Delaval is nog een jonge telg bij de National Trust-eigendommen. SD kwam in 2010 in handen van de NT en werd gebouwd door de beroemde architect John Vanbrugh, die ook tekende voor het enorme Blenheim Palace in Oxfordshire en Castle Howard in Yorkshire. Hij bouwde SD in opdracht van admiraal George Delaval. Geen van beiden had echter het geluk de voltooiing van het huis mee te maken. Het bleef wel in de familie, maar werd weinig volledig bewoond. Een brand in 1822 werd SD bijna fataal. De Delavals waren levensgenieters, theatermakers en vooral hielden ze ervan hun gasten te verrassen. De constructie werd fel gerestaureerd en de lege ruimtes werden als het ware omgevormd tot een theater. De zalen werden dan ook Prelude, Act I, Act II en Grande Finale genoemd. Je maakt kennis met de ‘room with furniture hanging’: hier hangt alles aan het plafond, een practical joke van de familie. Bewonder de reuzenpruik met een schip bovenop en  de originele soldatenjas uit de burgeroorlog. In de keuken kom je zelf op het podium terecht. The Brewhouse Café zorgt voor een hapje en een drankje.

Nu wacht de King Seaways van DFDS ons op. Voor de nieuwsgierigen: DFDS is de grootste scheepsvaartmaatschappij van Noord-Europa en staat voor Det Forenede Dampskibs Selskab of de verenigde stoombootmaatschappij.

www.barterbooks.co.uk

www.dfds.com

www.visitnorthumberland.com

Tekst en foto’s: AG Charrin