Het Antwerpse college keurde de beleidsnota ruimtelijke economie goed. Die beleidsnota vormt voor de komende 10 jaar het kader om Antwerpen als innovatieve businessstad en ideale plek om te ondernemen te positioneren. Zowel om de reeds aanwezige bedrijven in de stad te houden als om nieuwe bedrijven aan te trekken. De beleidsnota wordt nog ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.

De eerste beleidsnota ruimtelijke economie van de stad Antwerpen bouwt verder op vorige en huidige beleidsdocumenten, en houdt rekening met nieuwe maatschappelijke en economische ontwikkelingen. Het document kwam tot stand in nauwe samenwerking en overleg met alle stakeholders, en vormt vanaf nu de basis voor verdere beleidsbeslissingen, ruimtelijke adviezen en acties.
 
Ter voorbereiding maakte het adviesbureau Idea Consult in opdracht van de stad een marktanalyse met het jaar 2030 als perspectief, waarvan dit de belangrijkste bevindingen zijn:
·     Bij de ontwikkeling van kantoren moet gezocht worden naar meer flexibele werkvormen. De geplande projecten (samen goed voor 140.000 m² vastgoed) zijn voldoende om aan de vraag tegemoet te komen, maar tegelijkertijd dienen verouderde kantoorgebouwen snel aangepakt te worden.
·     Voor kmo’s en industrie is er op basis van ramingen de komende 10 jaar een bijkomende behoefte aan bedrijfsterreinen van 83 tot 133 hectare. De uitdaging is om een divers aanbod voor bedrijven te creëren, rekening houdend met hun impact op de omgeving op het vlak van onder meer mobiliteit, geluid en geur. Zo kunnen bedrijven met een beperkte impact een plaats krijgen in gebieden waar woongelegenheid in de buurt is.
·     Wat detailhandel betreft moeten de kernwinkelgebieden versterkt worden. Net zoals in andere winkelgebieden is clustering hier aan de orde. In winkelarme gebieden worden handelspanden bij voorkeur herbestemd voor wonen. Dit werd reeds dit voorjaar vastgelegd in de nieuwe stedelijke beleidsnota detailhandel.
 
Verschillende types van bedrijfsomgevingen en slimme verweving
De nieuwe beleidsvisie voor ruimtelijke economie vertrekt vanuit verschillende types van bedrijfsomgevingen. De economie wordt hierbij op een slimme manier en op een toekomstbestendige locatie verweven met andere activiteiten, of krijgt een eigen plaats op een bedrijventerrein. Dit biedt de mogelijkheid om bedrijvigheid daar waar gewenst te verweven in een woonomgeving. In gemengde woon-werkzones worden onder meer ‘bedrijvige knopen’ vastgelegd: plekken die vaak een historische bedrijvigheid kennen, en waar wonen, werken, handel, horeca en recreatie samengaan zonder elkaar te hinderen (bijvoorbeeld de John Martin’s-site in Antwerpen-Noord). Wat bedrijventerreinen betreft, komen er naast grootschalige terreinen zoals Terbekehof-Neerland in Wilrijk, ook ‘productieve zones’. Dit zijn zones in de buurt van woongebied die vlot en multimodaal bereikbaar zijn en waar kmo’s en industrie onder bepaalde voorwaarden gemengd kunnen worden met kantoorontwikkeling.

Innovatiemilieus
Om Antwerpen sterker te kunnen ontwikkelen als innovatieve businessstad, krijgen ook zogenaamde ‘innovatiemilieus’ een plek toegewezen. Hierbij wordt het verschil gemaakt tussen een ‘campus’ (een bedrijvige zone ontwikkeld rond een organisatie of een instelling, zoals de universiteitscampus Drie Eiken in Wilrijk), een ‘innovatiedistrict’ (een cluster van innovatiehubs met BlueChem en The Beacon als voorbeelden) en een ‘gespecialiseerd bedrijventerrein’ (die thematisch of sectorieel lichte industriële activiteit combineert met onderzoek en ontwikkeling, zoals op Blue Gate Antwerp).

Beleidsnota als instrument en extra acties
De stad zal de beleidsnota als instrument gebruiken om economische bedrijvigheid lokaal te verankeren en te versterken. In dit kader staan enkele extra acties gepland zoals een studie om slimme verweving in woon-werkgebieden als richtinggevend principe te vertalen en bijvoorbeeld in de bouwcode op te nemen. Voor kantoren wordt in overleg met de sector een aanpak uitgewerkt om aftands kantorenvastgoed aan te pakken. Bij grotere stadsontwikkelingsprojecten zoals de strategische overkapping van de Ring staat maatwerk in functie van de verweving centraal. De stad zal ruimte vrijwaren voor kmo’s en industrie en een compensatieplan uitwerken voor de onbruikbare ‘paarse zones’. Dit zijn kmo- of industriezones die omwille van hun bufferfunctie bijvoorbeeld niet ontwikkeld kunnen worden.
 
Claude Marinower, schepen voor economie, industrie en innovatie: “De beleidsnota ruimtelijke economie is een mooi instrument om de economische structuur van onze stad op een duurzame manier te versterken. En om de diversiteit aan bedrijvigheid ruimtelijk te verankeren en voluit te gaan voor slimme verweving. Bovendien biedt ze een voorspelbaar investeringskader aan ondernemers, waardoor ze gerichter keuzes kunnen maken. Zo versterken we de positie van Antwerpen als businessstad, en geven we ruimte en mogelijkheden aan bedrijven.”
 
Luc Luwel, gedelegeerd bestuurder Voka – Kamer van Koophandel Antwerpen-Waasland: “Met deze beleidsnota ruimtelijke economie krijgt het bedrijfsleven eindelijk de erkenning die ze verdient, als een van de drijvende krachten achter de grootstedelijke ontwikkeling van Antwerpen. Als we kijken naar de grote golf van stedelijke vernieuwing die de komende jaren op ons afkomt, dan komt deze nota waarin economische bedrijvigheid wordt verankerd én versterkt juist op tijd. Een belangrijke voorwaarde daarbij is dat dit document vanaf nu ook echt de basis zal vormen voor toekomstige beleidsbeslissingen, zodat er meer duidelijkheid en rechtszekerheid komt voor de ondernemers die klaarstaan om te investeren in onze metropool.”
 
De beleidsnota wordt nog ter goedkeuring voorgelegd op de gemeenteraad. Na goedkeuring is hij te raadplegen op www.ondernemeninantwerpen.be.