Vorig jaar werd door de Vlaamse Regering bij wijze van decreetsaanpassing het ‘Jachtfonds’ in het leven geroepen. Het gaat om een pot geld die gespijsd wordt vanuit de jachtsector zelf. Het zijn enerzijds centen die jagers moeten ophoesten voor hun jachtverlof en anderzijds de opbrengsten afkomstig uit inschrijvingsgelden voor het jachtexamen. Finaal komt dit geld in handen van de overheid en zijn dit bijgevolg middelen die breed besteed worden. Dit blijkt ook uit de keuze van de doelen die de Vlaamse overheid decretaal liet vastleggen voor het spenderen van het geld. Een belangrijk deel wordt opnieuw geïnvesteerd in de praktische organisatie van het jachtgebeuren, maar evengoed heeft men bijvoorbeeld de verbetering van de leefgebieden van wildsoorten op het oog binnen het brede kader van natuurbehoud. Verder wil de overheid ook dat middelen geïnvesteerd worden in preventieve maatregelen voor het tegengaan van schade door wildsoorten en beschermde soorten én in een verscherping van de handhaving inzake de jachtreglementering.
En het gaat hier niet om rosse muntjes. Twee miljoen euro is het bedrag dat men jaarlijks hoopt bijeen te sparen. Vandaag keurt de Vlaamse Regering de bepalingen goed die de besteding van de gelden uit het fonds verder moeten regelen. Vogelbescherming Vlaanderen nam de teksten door en vreest dat er van de voornemens inzake natuurbehoud in het decreet niet veel zal terechtkomen. Van de twee miljoen euro verdwijnt al jaarlijks 300.000 euro rechtstreeks in de zakken van jachtkoepel ‘Hubertus Vereniging Vlaanderen’. De Regering legt dus met naam en toenaam deze vzw in een besluit vast als jaarlijkse begunstigde van een subsidie van 300.000 euro. Verder gaat samen 515.000 euro naar het Agentschap voor Natuur en Bos die deze middelen zal gebruiken voor de praktische organisatie van de jacht en een verbeterde dienstverlening inzake jacht.
Het zogenaamde Centraal Comité, waarin hoofdzakelijk vertegenwoordigers uit de jachtsector zetelen (en geen enkele uit de natuursector), beslist over de besteding van de resterende één miljoen euro. Deze middelen zullen onder de vorm van projecten toegekend worden. Uit de voorbeelden die genoemd worden, blijkt dat de overheid onder andere mikt op projecten rond onderzoek, bijvoorbeeld naar predatorcontrole, schademitigerende maatregelen, bestrijdingsstrategieën en populatiedynamica van roofdieren zoals vossen, kraaiachtigen, enz. Vogelbescherming Vlaanderen vreest dat de beslissingen over deze projecten wel ‘erg gekleurd’ zullen genomen worden en het Comité nagenoeg enkel oog zal hebben voor eenzijdig wildbeheer. Zeker als niemand van de natuursector in dit Comité is vertegenwoordigd. Ook de Inspectiedienst Financiën is erg kritisch en spreekt over belangenvermenging. Ze geeft daarom negatief advies.
Vogelbescherming Vlaanderen vraagt dat de Vlaamse Regering het besluit grondig herziet. Onze vereniging vraagt een evenwichtige (her)samenstelling van het Centraal Comité die de decretale doelstellingen inzake breder natuurbehoud weerspiegelt. Enkel op die manier zullen acties en projecten rond soortenbescherming, schade-preventieve maatregelen en exotenbestrijding van andere belanghebbenden zoals lokale besturen en natuurverenigingen effectief een kans maken.

Foto: www.vogelbescherming.be