Nu en dan duiken er verhalen en zelfs foto’s op van reusachtige schepsels. Geen Photoshop of dronkenmanspraat volgens degenen die hen heeft gezien, maar de echte waarheid. Kan het zijn dat de wetenschap nog steeds geen weet heeft van bepaalde grote dieren die onze aarde rijk is? Mysteriekenner Carl Bries las onlangs in een artikel dat slechts 20% van alle levende dieren al is ontdekt. Wie weet … Hij neemt dit mysterie met jou onder de loep.

De reuzeslang van kolonel van Lierde
In 1959 was kolonel Remy Van Lierde gestationeerd in Congo om te proberen de burgeroorlog onder controle te houden. Hij was op dat moment commandant op de vliegbasis Kamina van Belgisch Congo. Op een dag stegen hij en enkele van zijn kompanen op in een helikopter, toen ze plotseling vanuit hun ooghoeken iets weerzinwekkends zagen. Een reusachtige slang kroop uit een hol in de grond in hun richting. Het beest werd door Van Lierde geschat op zo’n 15 meter lang! Het bewoog zich razendsnel vooruit en viel de opstijgende helikopter aan. De slang zou het onderstel te pakken hebben gekregen, maar toen haar prooi hebben moeten loslaten. De inzittenden schatten de kop van de slang op zo’n 60 cm en de opengesperde kaken zouden tot 90 cm groot geweest zijn. Ze had een bruingroen lichaam en een witte buik. Na de aanval zou de slang terug in haar hol zijn gekropen. Misschien werd ze gewekt door het lawaai van de opstijgende helikopter?
Kan dit verhaal waar zijn of is er sprake van enige overdrijving? De rotspython is de grootste slang van Afrika, maar zelfs die soort wordt geen 15 meter lang. Welke slang kon het dan wel zijn? Kenners denken dat het om een uitgestorven gewaande soort gaat: de titanoboa. Deze gigantische slang leefde tijdens het Paleoceen ter hoogte van de evenaar. Het enige complete skelet dat werd gevonden, lag in een mijn in Colombia. Maar Congo ligt ook in dat tropische gebied, zij het een continent verwijderd. Toch lijkt het experts onmogelijk dat de reuzeslang ook daar leefde. Kan het zijn dat kolonel Van Lierde zo’n slang heeft gezien destijds? Dat zou dan betekenen dat deze gigant zich al die miljoenen jaren goed heeft weten verborgen te houden ondergronds. Als je daar je toevlucht hebt kunnen zoeken toen een ramp de andere dinosauriërs de das omdeed, lijkt alles mogelijk … Kijk maar naar krokodillen die zich onder water hielden. Ook zij hebben de tand des tijds doorstaan. Met één belangrijk verschil: krokodillen zijn wereldwijd bekend, de titanoboa werd nog nooit gespot. Of misschien die ene keer door een groep Belgische soldaten.

Het onderzeese gevaarte
In Baja Californië (Mexico) gaan al generaties lang verhalen rond over diepzeewezens die vissers aanvallen en verslinden. Ze worden Rode Duivels genoemd. Niet onze nationale voetbaltrots natuurlijk, maar wel mensetende inktvissen. Velen dachten dat dit vissersverhalen waren, maar toen begin jaren 2000 een visser spoorloos verdween en enkele dagen later werd teruggevonden met duidelijke bijtsporen van inktvissen op zijn lichaam en gezicht, besloten mariene biologen om de zaak toch eens te gaan onderzoeken.
Een van hen ging duiken op de plek waar de visser verongelukte en werd vrijwel meteen omringd door kleine inktvissen. Hij zag dat het humboldtinktvissen waren, een soort die voorkomt van Vuurland tot Alaska en dus ook in Baja Californië. Nieuwsgierig kwamen ze dichterbij om dan pijlsnel aan te vallen. De bioloog werd langs alle kanten gebeten en vastgeklampt. Met zijn oersterke tentakels sleurde één inktvis de man pijlsnel de diepte in, terwijl anderen met hun messcherpe bekken zijn duikpak doorboorden. De bioloog kreeg al snel wonden in zijn nek en lichaam en met één beet slaagde een inktvis erin zijn pols op 5 plaatsen te breken! Ondertussen werd hij zo snel naar beneden getrokken dat zijn trommelvliezen scheurden. De pijn verbijtend kon de bioloog zich alsnog bevrijden en naar de oppervlakte zwemmen. Ook een andere bioloog en een fotografe maakten dit mee. Het verhaal van de vraatzuchtige inktvissen die onfortuinlijke vissers de diepte insleuren en opeten, lijkt dus niet verzonnen. (foto: http://oceanscape.aquarium.org)

De aapmens van de Russische grotten
In 1925 waren Russische soldaten in en rond het Pamirgebergte hun dagelijkse oefeningen aan het uitvoeren. Door aanhoudende sneeuwval moesten de soldaten noodgedwongen schuilen in een nabije grot. Dat viel echter tegen. In de grot was het erg kil en donker. En enkelen hoorden al snel een verdacht geluid. De soldaten bleken niet alleen te zijn …
Vanuit het niets stormde er plotseling een wezen op hen af dat hen met kracht wegduwde. Enkele soldaten vuurden een schot af dat werd beantwoord met dierlijk gegrom. Nu zagen ze dat het om een mensachtig wezen ging dat helemaal behaard was. Het stormde opnieuw op de soldaten af, maar dit keer hielden die wel het hoofd koel en schoten raak. Het wezen liep nog enkele meters verder en plofte dan voor hun voeten neer. Omdat het zo menselijk leek, besloten de soldaten het te begraven net buiten de grot. Later beschreven sommigen onder hen het wezen als iets van ongeveer 170 cm groot en zeer breedgeschouderd. Was het de befaamde Russische sneeuwman die nog door sommige getuigen werd gezien rond die periode?
Velen doen het verhaal vandaag af als nonsens. Zij denken dat de soldaten werden aangevallen door een normale beer, maar dat ze het hele verhaal wat spectaculairder wilden maken. Maar kan het ook zijn dat deze soldaten wel degelijk hebben gezien wat ze beweerden? Er gaan namelijk geruchten de ronde dat een zekere dokter Ivanov in opdracht van Stalin een soort aapmens moest creëren om het Russische leger te versterken. Een wezen dat minder snel vermoeid raakte en vele malen sterker was dan eender welke mens. Officieel is het Ivanov niet gelukt om zo’n wezen te scheppen, maar stel dat hij daar toch in geslaagd was maar dat het wezen wist te ontsnappen naar de bergen? Was dat het wat de soldaten tegenkwamen in een duistere grot? Niemand zal het ooit weten te zeggen.
Auteur & foto’s: Carl Bries / www.seniorennet.be