Het wordt deze maand een hele goeie vrijdag de 13de! Want dan gaan we van start met ons arthouse project, Cinema Storck, als eerbetoon aan de Oostendse cineast Henri Storck. Henri Storck is één van de grootmeesters van de documentaire. Geboren in 1907 in Oostende, groeit hij op ten tijde van Spilliaert, Ensor, Permeke en Labisse. Hij ontdekt de camera in het begin van de jaren dertig, het gouden tijdperk voor de experimentele film in België. Hij wordt de “officiële cinegrafist” van Oostende. Met een mobiele, lichte camera, een Kinamo, draait hij poëtische, surrealistische kortfilms die uitgroeiden tot klassiekers.
Als eerbetoon kozen wij als naam voor ons arthouse project voor CINEMA STORCK.
Op vrijdag 13 oktober gaat Filmfestival Oostende van start met een gloednieuw arthouse project in Kinepolis Oostende: vijf dagen per week bieden we de beste auteurscinema! Het arthouse project kreeg de naam CINEMA STORCK, als eerbetoon aan Oostendenaar Henri Storck, één van de grootmeesters van de documentaire.
STORCK
Henri Storck werd in 1907 geboren in Oostende en groeit hij op ten tijde van grootmeesters als Spilliaert, Ensor, Permeke en Labisse. In 1928 richt hij een filmclub op in zijn geboortestad. Hij nodigt René Clair uit en vertoont De Generale Lijn van Eisenstein.
Zelf ontdekt hij de camera in het begin van de jaren dertig, het gouden tijdperk voor de experimentele film in België. Met een Kinamo camera draait hij poëtische en surrealistische kortfilms.
Hij wordt de “officiële cinegrafist” van de stad Oostende. Om zijn stad te roemen begint hij documentaires te maken en gaandeweg wordt hij de belangrijkste documentairemaker van België, wat hem ook internationale bekendheid oplevert. Samen met Joris Ivens maakt hij Borinage (1933), een film die een ware mythe geworden is en waarin hij optreedt als “verontwaardigd maar scherpzinnige getuige” van de levensomstandigheden van de arbeiders, een thema dat opnieuw aan bod komt in zijn film Het Huis Der Ellende (1937). Hij laat ook belangrijke antropologische films na: Boerensymfonie (1942-44) en Feesten in België (1969-72). Hij wordt een referentie inzake kunstfilms, vooral met de films die hij wijdt aan Delvaux, Labisse en Rubens.
Zijn eerste fictiefilm wordt een langspeelfilm: Het Banket van de Smokkelaars (1951), naar een scenario van Charles Spaak. In Brussel sticht hij het Centre de l’Audio-visuel à Bruxelles (C.B.A.) en het Centre du Film sur l’Art (C.F.A.). Hij werkt actief mee met het Koninklijk Filmarchief waarvan hij in 1938 een van de oprichters is.
HET PROGRAMMA
Door het verdwijnen van de stadsbioscopen was het aanbod auteurscinema in Oostende tot nu toe zeer beperkt. Het festival volgt echter het hele jaar door de internationale auteurscinema en de selecties van de vele internationale filmfestivals. Het is dan ook de bedoeling om de beste auteurscinema te kunnen brengen op datum van release, en zo in te spelen op de vraag van de cinefiele Oostendenaar. Filmfestival Oostende wil een arthouse aanbod bieden zoals je dit kan vinden in de stadsbioscopen van Brugge, Gent en Leuven.
Je vindt Cinema Storck vanaf 13 oktober in zaal 2 van Kinepolis Oostende. Het volledige programma vind op www.filmfestivaloostende.be