De internationaal bekende cellovirtuoos Roel Dieltiens neemt de luisteraars mee op een mooie en verrassende reis doorheen de muziekwereld.  Op zowel barok- als moderne cello speelt hij een rijk gevarieerd programma. Soms intiem, dan weer spectaculair. Maar of de muziek nu onbekend is of niet, steeds behoort ze tot het beste wat ooit voor cello is geschreven.  Met zijn ontspannen welbespraaktheid vertelt hij honderduit over de cello, over de ontwikkelingen en over muziek natuurlijk. Losjes maar met veel kennis van zaken.

Roel Dieltiens studeerde in Antwerpen (B) en Detmold (D). Hij maakte snel naam op het internationale toneel en wordt nu beschouwd als een autoriteit op zowel moderne als barokke cello. Zijn sterke persoonlijkheid, overweldigende muzikaliteit en onconventionele aanpak brachten hem vanaf het begin van zijn carrière naar alle grote concertcentra van de wereld (Parijs, Berlijn, Londen, New York, Moskou, Tokio). Hij heeft ook internationale erkenning gekregen als kamermusicus en oprichter van de gevierde Ensemble Explorations. Sinds 2010 is hij te zien in trio-formatie met Andreas Staier (piano) en Daniel Sepec (viool).

Belgie Leuven, 09 maart 2010
Roel Dieltiens, Cellist
Foto: Merlijn Doomernik

Hij heeft een hele reeks opnames gemaakt voor de labels Harmonia Mundi en Etcetera, die consequent door critici werden geprezen en grote publieke belangstelling hebben gewekt. Enkele citaten uit de recensies op zijn CD’s illustreren dit mooi: ‘Simply the best’ (Classic CD, VS, over de opname van Kodály’s Sonate voor solo cello op. 8); ‘De enige belangrijke Cd van cello-muziek die in 1997 verschijnt’ (Fanfare, VS, op zijn Franchomme-cd); ‘Een gerenommeerde opname en de beste opname van Vivaldi sinds lange tijd’ (Diapason, Frankrijk, op zijn eerste cd met celloconcerten van Vivaldi).

In 2010 ontving Roel Dieltiens een Klara-prijs en de Caecilia-prijs voor zijn recente opname van de suites voor cello solo van J. S. Bach.

Roel Dieltiens is hoogleraar cello aan de Hochschule der Künste in Zürich (CH) en was jurylid in internationale competities, waaronder de Leipzig Bach Competition en de Moscow Tchaikovsky Competition.

Daarnaast is hij verbonden aan het Lemmensinstituut in Leuven (B), waar hij kamermuziek doceert. In 2006 produceerde het tv-kanaal Canvas een uitgebreide diepgaande documentaire over deze kunstenaar.

De cello

De cello was pas vanaf het midden van de 17de eeuw in opkomst. Vooral vanuit steden als Bologna, Venetië, Rome en Napels verspreidden cellisten zich over Europa. Om te beginnen in Italië verdrong de cello de viola da gamba en rond 1730 speelde er in de orkesten geen viola da gamba meer mee. In Frankrijk begon dit proces later en duurde langer, terwijl Engeland typisch een land van de viol(=viola da gamba) was en de cello een lage status had. Via Oostenrijk vond de cello vooral in Duitsland ingang. Dat een aantal leden van de Oostenrijkse keizerlijke familie cello speelden, droeg daar in ruime mate aan bij. Doordat Duitsland nog geen eenheid was en bestond uit een groot aantal min of meer zelfstandige staten en staatjes, die met elkaar wedijverden met hun privéorkesten, bestonden er voor Italiaanse cellisten aanzienlijke mogelijkheden om daar aan werk te komen, hoewel in het midden van de 18de eeuw nog een Duitse gambaspeler, Carl Ferdinand Abel, internationaal bekendheid en waardering genoot. Doordat uiteindelijk de vraag naar viola da gamba’s minder werd, werden zij niet meer gebouwd en werden zelfs vele viola da gamba’s tot cello omgebouwd.

De cello werd in de barok gebruikt als basso-continuo-instrument, waarbij de cellist de partij van de klavecimbel harmonisch ondersteunt. Doordat in 1660 in Bologna de ‘stalen’ snaar was ontwikkeld, die sterker was dan de darmsnaar en een hogere klank gaf doordat hij een veel grotere spanning kon verdragen, konden cello’s kleiner en daarom ook makkelijker bespeelbaar worden. Door die hogere klank veranderde de rol van het instrument ook van basso-continuo- tot solo-instrument (al aan het begin van de 18de eeuw schreef Vivaldi zijn 27 celloconcerten en één concert voor twee cello’s). Daarnaast bleef de cello een ondersteunende rol spelen.

Programma:

 

– Domenico GABRIELLI (1659-1690): Ricercar 1 en Ricercar 7

 

– Johann Sebastian BACH (1685-1750) : Suite BWV 1007

Prelude – Allemande – Courante – Sarabande – Menuet 1 en Menuet 2 – Gigue

 

– Jean-Louis DUPORT (1759-1819) : Exercice nr.7 in sol

 

– Alfredo PIATTI (1822-1901): Caprice Opus 25 nr.9 in re “Allegro”

 

– David POPPER (1843-1913): Etude opus 73 nr. 28 in la “Andantino grazioso”

Etude opus 73 nr. 22 in sol “Andante grazioso”

Etude opus 73 nr. 27 in do “Allegro”

 

– Benjamin BRITTEN (1913-1976) : “Serenata” en “Marcia” uit de Suite opus 72

 

– Sofia GUBAIDULINA (1931) : Prelude nr. 3 “Con sordino-senza sordino”

 

– Zoltan KODALY (1882-1967) : “Finale” uit de Sonate opus 7

 

24 oktober 2019 – Zaal Da Capo, Hove

20u15

Lintsesteenweg 1a, Hove, 2540, Belgium