Sinds de uitbraak van het coronavirus veranderde er ook heel wat bij de OCMW’s en de voedselbanken. De aard van de dienstverlening en het contact met de cliënten veranderde grondig, en er kwamen vooral meer mensen om hulp aankloppen. Dat blijkt uit drie bevragingen van de universiteiten van Antwerpen, Gent en Leuven.

Begin maart bevroegen wetenschappers 170 OCMW’s. Midden april werden 124 OCMW’s opnieuw gecontacteerd, net als 213 organisaties die voedsel bedelen. Er werd onder meer gepolst naar de werking in coronatijden en naar de eventueel toegenomen vragen om hulp. “De lockdown heeft ook op deze instellingen vanzelfsprekend een grote impact”, zegt Karen Hermans (UAntwerpen). “Zo moest een vijfde van de voedselverdeelpunten de deuren sluiten, omdat de doorgaans oudere vrijwilligers – en dus behorend tot de risicogroep – niet meer konden komen.”

OCMW’s en voedselbanken wisten wel snel te schakelen om de werking zo efficiënt mogelijk verder te zetten, met respect voor de maatregelen. Slechts een vierde van de cliënten kan nog fysiek afspreken bij de vaste maatschappelijk werker. Bij één op drie OCMW’s kunnen cliënten zich zelfs voor een eerste contact  alleen via mail of telefoon aanmelden.

Niet meer zelf kiezen
“We zien vooral veel flexibiliteit en solidariteit”, weet Marjolijn De Wilde (UAntwerpen). “De meeste OCMW’s nemen regelmatig zelf contact op met (kwetsbare) cliënten. Daarnaast werd het aanbod voor financiële steun, extra aan leefloon of andere uitkeringen, uitgebreid. Voedselverdeelpunten werken nu vaker op afspraak en leveren voor risicogroepen vaker aan huis.”

Het dienstverlenende aanbod veranderde vrij grondig sinds half maart. Maar 19% van de dienstencentra bleef geopend en ook de poetshulp viel terug tot 67% van de traditionele capaciteit. Het aanbieden van warme maaltijden, de daklozenopvang en het verstrekken van psychologische hulp kon in de overgrote meerderheid van de gevallen wel blijven plaatsvinden. Bij zowat de helft van de voedselbanken kunnen de klanten niet langer zelf de producten kiezen.

Vraag naar voorschotten
Uit de bevragingen wordt ook duidelijk dat er een toegenomen vraag is naar voedselhulp en andere vormen van hulp sinds de COVID-19-crisis. Het aantal leefloonaanvragen nam beperkt toe, maar er is wel een duidelijke toename wat betreft de vragen naar voorschotten op uitkeringen, voedselhulp en ondersteuning bij eenzaamheid. Niet zozeer bij de bestaande cliënten: het zijn vooral nieuwe mensen die hiervoor komen aankloppen. De voedselbanken zien liefst 42% nieuwe klanten opdagen. Oudere mensen vinden dan weer moeilijker dan voorheen de weg naar de voedselbedeling.

De wetenschappers verwachten dat de stijgende vraag nog zal toenemen de komende weken. Ze roepen de beleidsmakers dan ook op om ondersteunende maatregelen te nemen. “De ontoereikende uitkeringen moeten worden opgetrokken”, aldus prof. Bea Cantillon (UAntwerpen). “De lokale overheden moeten ook meer middelen krijgen, zodat zij voldoende personeel kunnen voorzien om de toegenomen vragen op te vangen. Het wordt de komende tijd belangrijk om het sociaal contact met cliënten te onderhouden en terug actiever uit te bouwen, uiteraard met respect voor de geldende veiligheidsmaatregelen.”

Foto’s: www.uantwerpen.be