Het zijn al moeilijke maanden geweest voor de mensen met een beperking die ondersteuning krijgen van De Lovie vzw. Ze vereenzaamden, terwijl ze niet altijd goed begrepen waarom hun leven omgegooid werd. De Lovie vzw zorgt daarom, met de steun van de Koning Boudewijnstichting, voor veilige en laagdrempelige inloopplekken voor sociaal contact, op haar kasteeldomein en in Poperinge.

De bewoners van De Lovie vzw, een organisatie die mensen met een beperking ondersteunt in de ruime Westhoek, konden tijdens de lockdown op zijn minst een frisse neus halen in het prachtige 63 hectare grote kasteeldomein, met zijn dreef van rode beuken, waterpartijen, bosjes en hagen. Maar dit maakte hen niet minder afgesneden van de mensen die hen lief zijn: ouders, broers en zussen, vrienden. Sociaal contact stond dan ook met stip op één toen De Lovie vzw tijdens de lockdown vroeg wat ze nodig hadden.

Bewoners die niet voor de hele lockdown naar huis waren vertrokken, bleven non-stop in de leefgroep. Ouders konden niet meer dan aan het raam zwaaien. Of ze moesten besluiten tijdelijk niet te komen omdat die afstandelijke bezoekjes bij sommige bewoners met een beperking te veel onrust zaaiden. Met de begeleiders mocht niet geknuffeld worden. De dagbesteding lag stil – al probeerden de begeleiders met hun creativiteit en inventiviteit structuur in de dag te houden. Voor de mensen met een beperking die zelfstandig wonen met woonondersteuning van De Lovie, onder andere in Poperinge, had de lockdown nog een grotere impact op hun sociale contacten omdat ze vereenzaamden en geïsoleerd raakten.

Leefgroepbubbel

Het ergste is ondertussen voorbij. De Lovie vzw heeft, op basis van de richtlijnen van de Veiligheidsraad, een veilig kader opgesteld waarbinnen er, op maat van iedere bewoner, mogelijkheden zijn voor meer contact. Toch hebben de bewoners de draad van hun oude leven nog niet helemaal kunnen oppikken. “Ze kunnen al bezoek krijgen, maar ze moeten in de bubbel van hun leefgroep blijven”, zegt Lies Notredame, begeleidster van De Lovie vzw. “Ook in de dagbesteding zijn ze alleen met de mensen uit hun leefgroep. Het is alsof jij of ik met ons gezin moeten gaan werken. Ze snakken naar contact met hun andere vrienden.”

Wel doet deugd opnieuw (een deel van) hun gewone activiteiten te kunnen doen. “Tijdens de lockdown hadden we met een aantal bewoners staan praten over wat ze misten”, vertelt Lies. De Hoeve, zei Sepp. Sepp is een buitenmens, hij is er altijd als de kippen bij wanneer in de tuin moet worden gewerkt. Hij miste de landbouwactiviteiten van De Hoeve waar hij voor zijn dagbesteding ging. “We hebben samen de fiets genomen, 32 kilometer heen en terug, om op De Hoeve een kijkje te gaan nemen. Dat was bijzonder, ook voor mij, want normaal heb ik nooit zo’n een-op-eencontact met een bewoner.”

Duobikes en tandems

“Ik vond het heel leuk”, vertelt Sepp. Kijken wat er gegroeid was, de nieuwe kuikentjes bezoeken. Het was echt wat hij nodig had want “dat was geen goeie periode, ik kon niet naar papa”. De fiets is volgens De Lovie vzw de ideale manier voor hun bewoners om contact te leggen met de buitenwereld, ook in deze coronatijden. Dankzij de steun van het Fonds voor Solidaire Zorg, in het kader van een projectoproep voor het behoud en het herstel van sociale contacten in zorginstellingen, kon De Lovie vzw een elektrische duo-rolstoelfiets aankopen zodat ook bewoners die minder mobiel zijn er met de fiets op uit kunnen.

Daarnaast kreeg De Lovie vzw ook middelen voor de inrichting van het bestaande inloophuis De Cocon op het woonpark in Poperinge, en voor een nieuw inloophuis in het centrum van de stad. “Een inloophuis is een laagdrempelige plek waar onze mensen die alleen wonen met ondersteuning kunnen binnenlopen als ze hulp nodig hebben, als ze met iets zitten of als ze gewoon gezelschap willen”, zegt An-Sofie Knockaert, medewerker communicatie van De Lovie vzw.

Warme aankleding

Ze kunnen er op elk moment langsgaan, er is altijd een begeleider aanwezig, die zo op een ongedwongen manier kan oppikken of er iets aan de hand is. “Als een begeleider bij hen in hun studio komt, ervaren ze dat al snel als betuttelend, ze aanvaarden niet altijd dat ze ondersteuning nodig hebben. Ze zijn verbaal sterk, maar vaak psychisch kwetsbaar.” In De Cocon – en later in het inloophuis in Poperinge – komen ze langs als ze zin hebben en nemen ze dus zelf de beslissing.

De locatie van De Cocon is momenteel allesbehalve gezellig en is niet echt een knusse hangplek, zegt Knockaert. Met het geld van het Fonds voor Solidaire Zorg kan het lokaal warm worden aangekleed. Zodra er beslist is welk pand in het centrum van Poperinge zal dienen als inlooplokaal, wordt ook dat ingericht. Zeker in coronatijden, wanneer deze bewoners erg geïsoleerd zijn, zijn deze plekken goud waard: ze kunnen er elkaar ontmoeten – met veiligheidsmaatregelen –, “elkaar helpen en ondersteunen en een gevoel van samenhorigheid ontwikkelen”.

Over het Fonds voor Solidaire Zorg

De Koning Boudewijnstichting richtte het Fonds voor Solidaire Zorg eind maart 2020 op, in het kader van de strijd tegen het coronavirus en de daardoor veroorzaakte ziekte COVID-19. De financiële middelen voor dit Fonds komen van giften van individuele schenkers en organisaties.

In de zomer van 2020 kende het Fonds 1,85 miljoen euro steun toe aan in totaal 69 projecten van en voor residentiële zorginstellingen. 48 instellingen kregen middelen voor projecten gericht op het herstel en behoud van sociale contacten in veilige omstandigheden. Daarnaast kregen 21 projecten, waarbij telkens verschillende instellingen betrokken zijn, middelen om de kennisdeling over preventie en controle van infecties gestructureerd te bestendigen.

Foto’s: www.kbs-frb.be