Bizet werd geboren in Parijs als Alexandre-César-Léopold Bizet, maar werd Georges gedoopt in de kerk Notre-Dame-de-Lorette en zo zou hij bekend worden. Zijn vader Adolphe Armand Bizet, oorspronkelijk kapper en pruikenmaker, was een loopbaan als zanger begonnen, behaalde veel succes en werd uiteindelijk zangleraar. Hij heeft ook enkele werken gecomponeerd, onder andere een strijkkwartet. Zijn moeder Marie Louise Léopoldine Joséphine Delsarte was een pianiste.
Als muzikaal wonderkind studeerde Bizet vanaf zijn negende jaar aan het Conservatoire national superieur de musique van Parijs waar hij vele competities won. In 1857, Bizet was toen negentien, won hij de prestigieuze Prix de Rome voor de eenakter Le Docteur Miracle. Deze aanmoedigingsprijs stelde hem in staat enige jaren in Italië te studeren.
Bizet is vooral bekend door zijn opera’s, maar schreef ook symfonieën en liederen. Zijn bekendste symfonie is zijn eerste, de Symfonie in C uit 1855. Het stuk werd pas in 1935 voor het eerst uitgevoerd nadat het manuscript door dirigent Felix Weingartner (1863-1942) in Parijs was ontdekt. Uit het stuk kan men Bizets jeugdige talent goed opmaken. Hij schreef het op zijn zeventiende en nam daarbij Charles Gounods (1818-1893) Symfonie Nr. 1 als voorbeeld. Later zou hij goed bevriend raken met Gounod.
Een van zijn weinige directe successen was de opera Les Pêcheurs de Perles (De parelvissers). Hij schreef het stuk voor de Opera-Comique in Parijs in 1863. De opera is vooral bekend om het duet voor tenor en bariton, Au fond du temple saint.
Voor een bepaalde tijd was hij ook muziekcriticus onder het pseudoniem Gaston de Betzi voor La revue nationale et étrangère, een maandelijks muziekmagazine.
In 1869 huwde hij Geneviève Halévy, de dochter van zijn compositieleraar, met wie hij al een kind had.
Zijn bekendste werk is de opera CARMEN (1875). Het stuk is een bewerking van een roman met dezelfde titel van Prosper Mérimée (1803-1870) over een dramatische liefdesgeschiedenis van een Spaanse zigeunerin. Carmen was niet onmiddellijk succesvol. Het publiek was aanvankelijk geschokt door het warmbloedige hoofdpersonage en de tragische afloop van het verhaal. Niettemin werd de opera door tijdgenoten als Wagner (1813-1883), Brahms (1833-1897) en Tsjaikovski (1840-1893) geroemd. Carmen zou uitgroeien tot een van de bekendste en populairste opera’s ter wereld.
Bizet maakte dit succes niet mee. Kort nadat Carmen in première was gegaan, overleed hij op 36-jarige leeftijd aan een hartinfarct. Hij werd begraven op de begraafplaats Père-Lachaise in Parijs.
Bizet kreeg na de uitvoering van zijn succesvolle stuk Djamileh de opdracht een nieuw werk te schrijven voor het Opéra-Comique-theater. Zijn Opera op basis van Prosper Mérimées novelle Carmen stuitte echter op verzet, omdat het onderwerp te uitdagend zou zijn voor het publiek van het familietheater. De componist werd gedwongen zijn stuk op een aantal punten te wijzigen en de nadruk meer op de eenvoudige Micaëla en andere “conventionele” personages te leggen. De grote steun van titelrol vertolkster Célesyine Galli-Marié behoedde Bizet voor nog ingrijpendere wijzigingen.
Bizet gaf met het onderwerp in zijn opera Carmen de aanzet tot het verisme, een operagenre dat vijftien jaar later tot volle ontwikkeling zou komen en vooral deItaliaanse opera zou domineren. In dit opzicht kan Bizet beschouwd worden als een pionier.
De première werd geen groot succes, hoewel de reacties ook niet eensluidend negatief waren. Na 48 voorstellingen werd de productie in februari 1876 van het podium gehaald. De herleving kwam acht jaar later, in april 1883. Toen Galli-Marié in oktober van dat jaar de titelrol weer ging vertolken stroomde de zaal keer op keer vol. In 1904 kende de opéra comique zijn duizendste voorstelling.
Ondertussen was Carmen buiten Frankrijk zeer populair geworden. Al op 23 oktober 1875 (Bizet was kort daarvoor, op 3 juni, overleden) ging een door Ernest Guiraud bewerkte versie in première in Wenen. De voor de opéra comique kenmerkende gesproken dialogen waren in deze uitvoering vervangen door gezongen recitatieven. Andere steden volgden al snel: Antwerpen, Brussel en Boedapest in 1876, Sint-Petersburg, Stockholm, Londen, Dublin en New York in 1878. Carmen kreeg een mythische status en de Habanera(“L’amour est un oiseau rebellen…”), de eerste aria van de titelrol, is uitgegroeid tot een van de bekendste uit het gehele operarepertoire.
Terwijl de opera de wereld veroverde, werd het werk keer op keer aangepast aan plaatselijke conventies. De oorspronkelijke opéra comique wordt zelden nog opgevoerd, maar de “oerversie” beleefde nog wel een comeback in het jaar 1970. Sindsdien wordt ook die steeds vaker weer opgevoerd in een andere contest of situatie. Vandaag staat Carmen weer nr 1 in België met een rebelse grauwe uitvoering die u de sfeer van nu 2018 doet opsnuiven. Maar de geest van Bizet blijft nog steeds dezelfde en waakt behoedend over zijn Carmen.
INFO EN TICKETS: WWW.30JAARMUSICHALL.BE
Foto’s: Cor Blancke