Uitdaging Andalusië

Er was eens iemand die nog nooit in Spanje was geweest en er eerlijk gezegd een beetje aversie voor had. Zijn het vooroordelen? Toch op latere leeftijd een poging wagen en de uitdaging van een collega aannemen? Die persoon was ik en de collega was mijn vaste reisgenoot van de laatste jaren. Zij zorgde voor de finale impuls en Uitdaging Andaloesië was geboren. Wel wou ik geen lawaaierige discotheekachtige stranden en hun entourage.

De vijfdaagse trip bracht ons na een landing in Malaga naar Lanjarón, Granada, Córdoba, Motilla om terug te vliegen naar België vanuit Sevilla. In Malaga pikten we onze derde’ reisgezel ‘op, De witte Skoda Kamiq die ons 520 heerlijke kilometers gaf.

Lanjarón

Lanjarón ligt aan het begin van Las Alpujarras, een wild en ongerept berglandschap gelegen tussen de Sierra Nevada en de Costa Tropical in de provincie Granada. Het is vooral populair bij bergwandelaars. De gemeente met een goede 4.500 inwoners straalt een zekere grandeur uit. Soms een wat oubollige status maar het heeft allure. Dit heeft het vooral te danken aan zijn naam en faam als kuuroord. Dit gaat terug tot het einde van de 18e eeuw toen een zestal bronnen een certificaat kregen van medicinale werking. De bronnen komen allen van water dat van de Sierra Nevada komt

Het Balneario of de thermen zijn zeker een bezoek waard. Watertherapie, jacuzzi’s, stoombaden, het thermaal paradijs is een wellness oase waar ook de verschillende soorten bronwater kunnen gedronken worden. Voor ons een welkome dorstlesser na onze autorit, zelfs het water met het hoogste zoutgehalte ging vlot binnen. Het water wordt ook gebotteld en is gekend over heel Spanje. De lange hoofdstraat van meer dan 1,2 km is zeker een bezoek waard.

Ga naar de vele zijstraatjes en patio’s en ontdek de 23 verschillende waterverdelers ( ruta de pilares agua). Op bijna allen lees je gedichten van F. Garcia Lorca, dichter en toneelschrijver uit de buurt van Granada, die omkwam in de Spaanse burgeroorlog.

Trouwens de luchthaven van Granada is naar hem genoemd. De gemeente biedt ook mooie vergezichten door zijn ligging op bijna 700 meter. De gemeente telt ongeveer 13 hotels en heeft verscheidene restaurants. Het kasteel van Lanjarón uit 1492, was de toegangspoort tot Granada een goede 45 km verder.

Granada

In Granada was onze pleisterplaats het Eurostars San Antón hotel in de wijk San Anton. Als hoofdstad van de gelijknamige provincie is het ook een universiteitsstad. Een stad ruwweg onderverdeeld in een beneden-en bovenstad en ooit een Moorse residentie.

 

 

 

 

 

 

 

De Nasriden, een Moorse stam stichtte in 1238 het koninkrijk van Granada en het werd een vitaal handels – cultureel centrum. Het toeristisch profiel van de stad wordt in belangrijke mate gevormd door het Alhambra.

Het Alhambra

Bekijk dit enorme bouwwerk als een prachtig paleizen – en forten complex, dat als UNESCO Werelderfgoed geregistreerd is. Het oudste gedeelte komt uit de 9e eeuw via de Nasrid Dynastie en werd nadien uitgebreid en vernieuwd door opeenvolgende Moslim heersers, een uniek voorbeeld van Islamitische architectuur en kunstenaarschap. Het is een combinatie van Moorse, Arabische en Andalusische stijlen.

Neem zeker 4 uur om alles te bezoeken. De lengte van de Moorse stad is meer dan 1 km lang en dan heb je de tuinen nog niet gezien. Voor sommige paleizen heb je een tijdsticket nodig. Soms moet je uw identiteitskaart tonen samen met je ticket. Placios Nazaries, Alcazaba en Generalife vallen onder het time-ticket. De rest van de structuren en tuinen heeft geen tijdsticket en doe je op eigen tempo.

Placios Nazaries of het koninklijk paleis is het hoogtepunt met verschillende zalen en patio’s die verbonden zijn met elkaar. Een fijnzinnige en gedetailleerde finesse van de Moorse decoratie- en bouwkunst. We zien verbluffend tegelwerk, ingewikkeld pleisterwerk en sierlijk aangebrachte houtsoorten. Indrukwekkend zijn ook de binnenplaatsen met vele fonteinen zoals de Patio de los Leones ( het Leeuwenhof) met 12 marmeren leeuwen rond een fontein. Balans, evenwichtige afmetingen en esthetiek hebben de bovenhand.

Het Alcazala is het oudste deel van het complex, dat het toenmalige fort uitmaakte en nu schitterende panoramische zichten geeft over de stad. Er is binnen het Alhambra nog het paleis van Karel V, geen Moorse architectuur maar een bouwwerk uit de 16e eeuw in Renaissancestijl en waarin nu twee musea zijn gevestigd.

De tuinen of Generalife geven je dubbel genot. Enerzijds de enorme variatie van landschapstuinen, wild gardens, bloemperken en fonteinen samen met de sinaasappelbomen maar anderzijds ook het zicht op de rode burcht van het Alhambra, omsloten door de kilometers lange muur op de heuvelrug.

Tip om de honger te stillen: juist over het ticket office en onthaal is er Restaurant Jardines Alberto. Hier kreeg ik mijn vuurdoop in het genieten van de typische tapa’s uit Granada:

-Albóndigas con Salsa de Almendras (carne de cerdo)
-Habas fritas con Jamón y Huevo Frito
-Croquetas de Pollo
-Cuña de Tortilla Española

Een ervaring die mij en mijn smaakpapillen nog lang zal bijblijven.

Albaicín

Granada heeft verschillende stadswijken. Centro of het ‘downtown district’ is niet zo spectaculair. Het is in feite het commerciële centrum met de Gran Via straat als verkeersader. Hier kom je ook de Kathedraal tegen, die wegens de voorbereidingen voor de Semana Santa gesloten was. Het stadsgedeelte Albaicín aan de voet van het Alhambra is wel een bezoek waard. Wandel door de smalle, kronkelende straten met vele prachtige panorama’s op het Alhambra. De labyrint aandoende straatjes maken het geheel heel gezellig door de witte huisjes versierd met hangende bloemornamenten. Wip ook even binnen in de Baños Arabes, zird of badhuis. De was-bad-en rustruimtes stammen vermoedelijk uit de 11e eeuw en zijn dus ouder dan de baden in het Alhambra. Het is het enige die overbleef van een totaal van 21 Moorse baden in Granada. De verwarming was gestoeld op de oude romeinse procedure van de hypocausten.

www.turgranada.es

’s Avonds bekeek ik nog een laatste maal de grandeur van het Alhambra en de besneeuwde toppen van de Sierra Nevada vanaf het “rooftop ‘uitzicht van het hotel.

En nu richting Córdoba.

Van Granada naar Córdoba is het ongeveer een 150 km. We kozen om geen autostrade te nemen maar de N432. Een schot in de roos, rustig tot zeer rustig door kilometers olijfbomen langs de weg en een lucratieve stop in Castillo de Locubín, een zeer stil dorpje van een goede 4.500 inwoners met een doolhof aan straatjes, mooi kerkje een gezellig dorpsplein waar een glaasje witte wijn aangenaam te degusteren is.

Córdoba

Córdoba is een juweeltje waar Romeinse, Joodse, Moorse en Christelijke geschiedenis door elkaar gevlochten zijn. Het was als het ware liefde op het eerste gezicht, kwam het door de impact van de eerste zichten op de stad of was het ook door het gezellige, warme onthaal dat er was bij Hotel Selu, een klein familiehotel dicht bij het centrum?

De stad omarmt je volledig met zijn smalle, vol kasseitjes bezaaide straatjes, pleintjes en binnenplaatsen vol versierd met bloemen. Samen met de kleine eetgelegenheden bepalen zij de geuren van de stad. Alhoewel de stad meer dan 300.000 inwoners heeft krijg je nooit het gevoel van onbehaaglijke drukte.

De Mezquita-Kathedraal

Het belangrijkste bouwwerk van Córdoba en sinds 1984 Wereld Erfgoed. Het is een fusie van stijlen die in feite een architectonische evolutie heeft ondergaan. Origineel begon de bouw van de hoofdmoskee in 785 en ze heeft ruwweg over 1.500 jaren, verschillende transformaties heeft ondergaan door de verschillende heersers. De meest notabele was in de 16e eeuw, toen met toestemming van Keizer Karel V binnen een kathedraal werd gebouwd. Bewonder de tweekleurige zuilen, men spreekt hier over ‘ Het bos der duizend zuilen -856 volgens een gids’. De diverse gebedsruimtes tonen de totale evolutie van de Umayyad stijl in Spanje naar de Gotische, Renaissance en Barokstijlen van de christelijke constructies. Vooral bij dit laatste springt de uit hout gesneden barokke koorgestoelte in de kijker.

Ook buiten bewonder je nog twee kenmerkende gebieden: op de Patio de los Naranjos ( de Sinaasappelhof) voerde men in Moorse tijd voordat men de gebedsruimtes betrad de voorgeschreven rituele wassingen uit, en waar vroeger de minaret stond is er nu de imposante klokkentoren die op sommige tijdstippen beklommen kan worden.

De Patio’s: ze zijn sinds meer dan 100 jaar een begrip voor de mensen van Córdoba. Ze geven ook bescherming tegen de zon en zorgen voor friste. De decoraties met bloemen in de typische blauwe potten geeft een mooi contrast met de witte muren. Jaarlijks rond mei worden de mooiste patio’s in de kijker gesteld. ( Fiesta de Flores Y Cultura sinds 1918). Een mooi voorbeeld is de Calleja de los Flores met een mooi zicht op de klokkentoren. Via de smalle straatjes kom je nog veel interessante plaatsjes tegen, zoals de een synagoge uit de 14e eeuw ( de enige nog van toen in Andaloesië) of de Romeinse brug over de Guadalquivir rivier.

Het commerciële centrum rond de Plaza San Miguel is een zeer aangename buurt met mooie Jugendstil huizen en ook weer gezellige eetplaatsen. Tenslotte wil je even uitrusten, ga dan naar de Mercado Victoria, binnenin een 20 tal kiosken waar je de traditionele keuken kan proeven in een gezellige sfeer.

www.cordobaturismo.es

Montilla, het wijngebied

De wijnregio van Cordoba ligt iets ten zuiden in de regio Montilla-Moriles. De productie is de laatste jaren wel gedaald door de transformatie van wijnbouw naar olijfplantages. Dit is minder arbeidsintensief.

Domein Lagar Blanco is een familiebedrijf op een hoogte van 600m. Op hun kalkgronden gebruiken ze 1 druivensoort, de cépage van Pedro Ximénez. De witte wijnen rijpen hier in speciale cementen constructies ( het systeem dat in de Franse Jura wordt gebruikt bij de Vin Jaune). De wijn uit de cementen tonnen is zeer lekker en noemt Tiinaja, naar de naam van de vaten. Nadien wordt de wijn hier verder gerijpt in houten vaten en krijgen we wijnen die sterk aanleunen bij de Sherry. Een alcoholgehalte tussen de 17 en 18 %. Trouwens de sherry gebieden grenzen aan de Montilla streek. De classificatie op de flessen bij Lagar Blanco is dan ook Fino, Amontillado of Palo. Het domein doet rondleidingen.

www.lagarblanco.es

Montilla is een klein provinciestadje. Een aanrader op de hoofdweg is restaurant Las Camachas.

De laatste avond wandelde ik nog even door de gezellige buurt rond het hotel in Cordoba om waardig afscheid te nemen van een stad die ik niet vlug zal vergeten. Wegens een vroege terugvlucht vanuit Sevilla, kon ik ’s morgens ook nog genieten om 6u van de nauwe straatjes die onze derde compagnon ( de Skoda) vlot herkende in het donker.

En was nu de Uitdaging’ de moeite? Ja hoor, een ervaring erbij en misschien later de rest van de regio eens ontdekken? En Pan con Tomate’ bij het ontbijt, een andere ontdekking wil ik zeker terug beleven!

Tekst en foto’s: Gust Charrin

Related Posts

Welcome Back!

Login to your account below

Retrieve your password

Please enter your username or email address to reset your password.