De provincieraad stelde vandaag het Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan (PRUP) Kempense Meren II te Mol en Dessel definitief vast. Het PRUP omvat een zone met het Zilvermeer en ruime omgeving, het gebied Schansheide en enkele zones in Postel-Zuid. Met dit PRUP past de provincie Antwerpen in deze zones de bestemmingen uit het gewestplan van eind jaren 1970 aan naar de beleidsdoelstellingen van vandaag. Het PRUP legt zo de basis voor een nieuw evenwicht tussen recreatie, ontginning, landbouw en natuur in de regio.
Het domein Zilvermeer is een grote toeristische trekpleister in de streek. De bekende grote waterplas met het zilverwitte strand is vanaf 1865 beetje bij beetje ontstaan door zandontginning. Die ontginningen stopten aan het begin van de twintigste eeuw, waarna spontaan strandtoerisme ontstond. In 1959 opende het provinciaal recreatiedomein Zilvermeer. Door het gewestplan van eind 1970 werd echter verdere ontginning nog toegestaan.
Om recreatie op het Zilvermeer te kunnen behouden en bestendigen, zocht de provincie Antwerpen een vervangend gebied voor de ontginning. Tegelijkertijd zijn er ook enkele verschuivingen in de nabijgelegen landbouw- en natuurgebieden doorgevoerd om het evenwicht en de invulling te optimaliseren. Het PRUP Kempense Meren II omvat al deze bestemmingswijzigingen en legt in sommige zones bijkomende regels vast. Zo worden ook de voorwaarden bepaald waaraan toekomstige stedenbouwkundige vergunningen in de betreffende gebieden moeten voldoen.
Tijdens het openbaar onderzoek dat plaatsvond van 5 februari tot en met 4 april 2024 kon iedereen het ontwerp-PRUP inkijken en hierop reageren. Ook bevoegde overheidsinstanties gaven hun advies. Er zijn 119 bezwaren en 10 adviezen ingediend. Deze zijn allemaal verwerkt en hebben, waar nodig, tot nog enkele verfijningen geleid. Zo kwam uit de bezwaren naar voren dat het belangrijk was dat de putten van de vervangende ontginningsgebieden na afloop van de ontginning opnieuw gevuld konden worden. Het definitieve PRUP laat dit nu toe.
Lange voorgeschiedenis
De basis voor het PRUP Kempense Meren II werd al gelegd in 2001, met het Ruimtelijk Structuurplan voor de Provincie Antwerpen. In 2009 werd gestart met een PRUP rond de Kempense Meren.
“Het PRUP Kempense Meren II dat nu is vastgesteld, is het resultaat van een lang proces”, licht gedeputeerde Jan De Haes toe. “Het is een erg complex PRUP met veel deelplannen. Samen met gouverneur Cathy Berx, die een coördinatie-opdracht had, werd dit gedurende meerdere jaren voorbereid. Er werden met de Vlaamse Landmaatschappij, het Agentschap voor Natuur en Bos en veel andere betrokken partijen uitgebreide gesprekken gevoerd. Eindelijk konden we dit voorjaar het ontwerp-PRUP tijdens een openbaar onderzoek voorleggen aan het publiek en aan de bevoegde overheidsinstanties.
De Procoro heeft alle geldig ingediende reacties en adviezen verwerkt, en op basis daarvan zijn we tot het definitieve PRUP gekomen. We zijn erg blij dat we nu zijn geland met een plan dat meer duidelijkheid op lange termijn creëert voor de recreatie, landbouw, natuur en zandontginning in de regio.”
Vier deelplannen
In het deelplan Hoofdpoort – dat het provinciaal domein Zilvermeer omvat – en in het deelplan Schansheide verdwijnt de bestemming ‘ontginning’ en komt de nadruk te liggen op recreatieve bestemmingen en natuurverweving. In Schansheide zorgen de bestemmingswijzigingen ervoor dat waterwinning en drinkwaterproductie mogelijk blijven.
Om de geschrapte zandwinningsbestemmingen te vervangen, voorziet het PRUP een nieuw zandontginningsgebied in Postel-Zuid. Andere gebieden in Postel-Zuid zijn al langer aangeduid voor de realisatie van Europese Natuur. Het PRUP Kempense Meren II zorgt ervoor dat die realisatie mogelijk wordt: enkele van de huidige zones met landbouwbestemming krijgen een natuurbestemming en vice versa. Daardoor kan in Postel-Zuid zowel een meer aaneengesloten natuurgebied als een meer aaneengesloten landbouwgebied ontstaan.
Om de effecten van deze verschuivingen op de individuele landbouwers van Postel-Zuid te beperken en de buffering van bestaande natuur en ontwikkeling van nieuwe natuur te garanderen, stelde de Vlaamse Landmaatschappij in opdracht van de provincie een inrichtingsnota op. Om de bosuitbreiding en de nieuwe landbouwgebieden in deelplan Landbouw- en natuurgebieden Postel-Zuid ook effectief op terrein te realiseren, is het noodzakelijk om de eigendoms- en gebruikssituatie af te stemmen op de nieuwe bestemmingen. Hiervoor is een grondruilplan opgesteld.
Mogelijke effecten van de bestemmingswijzigingen op bijvoorbeeld natuur, bodem, geluid, water, landschap en landbouw zijn onderzocht in een bijhorende milieu-effectenrapportage.
Foto: copyright Vizuals