Als België de besmettelijke leverinfectie virale hepatitis wil uitroeien, moet ons land een tandje bijsteken. Qua vaccinatie doen we het goed, maar de experts van de Viral Hepatitis Prevention Board zijn van oordeel dat er nood is aan een veel betere registratie. Zo moeten zwangere vrouwen verplicht gescreend worden, maar is het niet duidelijk in welke mate die screening effectief gebeurt. In Brussel stond op 7 en 8 november een zogenaamde ‘country meeting’ van de Viral Hepatitis Prevention Board op de agenda. De VHPB (www.vhpb.org) telt 23 experts uit 18 verschillende landen. Het internationale secretariaat bevindt zich op de Universiteit Antwerpen, onder leiding van prof. Pierre Van Damme. Twee dagen lang bediscussieerden de experts de hepatitisplannen van België en Luxemburg. Noodzakelijk, want virale hepatitis, een leverinfectie, blijft een probleem, ook in het Westen. In Europa schat men het aantal mensen die chronisch geïnfecteerd zijn met hepatitis B en C respectievelijk op 15 en 14 miljoen, en jaarlijks sterven vele tienduizenden mensen aan de gevolgen van die chronische infecties.
Goede punten voor vaccinatie
“De Wereldgezondheidsorganisatie wil dit volksgezondheidsprobleem in 2030 uitgeroeid hebben, maar er ligt nog behoorlijk wat werk op de plank”, stelt Pierre Van Damme. “Ook in België, zo blijkt. Op vaccinatiegebied scoren we volgens de internationale experts goeie punten. Zo worden gezondheidswerkers in ons land allemaal ingeënt tegen de ziekte. Ook zuigelingen zijn goed beschermd: de WHO beveelt een dekkingsgraad van 95% aan. Dankzij de aanbevolen vaccinatie in ons land halen we dat aantal probleemloos.”
De experts zien ook de nodige werkpunten, bijvoorbeeld wat de screening van zwangere vrouwen betreft. De WHO wil dat 90% van de zwangere vrouwen systematisch gescreend wordt, een aanbeveling die onderschreven wordt door de Belgische Hoge Gezondheidsraad. Van Damme: “Er is echter geen instrument om na te gaan hoeveel vrouwen daadwerkelijk gescreend worden. Er is dus geen garantie dat het effectief gebeurt.”
Gebrek aan cijfers
De Viral Hepatitis Prevention Board stelt voor om de screening als een kwaliteitscriterium voor de ziekenhuizen op te nemen. Wie bevalt, wordt meteen gescreend. Van Damme: “Belangrijk, want als de moeder hepatitis B heeft, is de kans heel groot dat ze de infectie doorgeeft aan haar kind. Als na screening blijkt dat de vrouw besmet is, kan het kind binnen de 24 uur ingeënt worden, wat in 97% van de gevallen het doorgeven belet.”
Het gebrek aan recente en volledige cijfers is een doorn in het oog van de internationale specialisten. Zo zijn er geen actuele cijfers over de aanwezigheid van hepatitis B en C in de algemene bevolking of in risicogroepen, zoals drugsgebruikers en gevangenen. Dit is noodzakelijk om een degelijk preventie- en therapeutisch beleid in België te voeren. De experts pleiten ook voor een centraal register met alle info over patiënten, behandelingen succesratio en dergelijk.
Interministeriële conferentie
Er wordt ook gewezen op de behandeling van de chronische hepatitispatiënten. Van Damme: “Voor het RIZIV is het vandaag een zaak van prioriteiten stellen. Patiënten die nog niet veel klachten hebben, worden nu niet behandeld. Terwijl die groep net het meeste ‘winst’ in levensjaren kan halen uit een goede behandeling.”
De Viral Hepatitis Prevention Board maakt haar aanbevelingen over aan de overheid, met het oog op de interministeriële conferentie volksgezondheid in december 2017. Die zal zich over deze richtlijnen en adviezen buigen met als doel België dichter bij de eliminatiedoelen voor virale hepatitis te brengen.