Er is een ontwerpteam gekozen voor de gebiedsontwikkeling van de Loodswezensite aan de Scheldekaaien. Het gaat om een multidisciplinair team onder leiding van Bureau Bas Smets. Het ontwerpteam voorziet de heraanleg van het openbaar domein en de integratie van een namenmonument ter herdenking van de overleden Antwerpse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Als alles vlot verloopt start de heraanleg van het openbaar domein begin 2024.
De Loodswezensite is een van de 7 deelgebieden die onderdeel zijn van het masterplan Scheldekaaien. Het projectgebied grenst in het westen aan de Schelde en in het oosten aan de Tavernier- en Van Meterenkaai. In het noorden en het zuiden sluit het aan op de andere deelgebieden van de Scheldekaaien.

Burgemeester Bart De Wever: “Het nieuwe namenmonument is een belangrijke veruitwendiging van het versterken van ons herinneringsbeleid. Mee dankzij de inzichten van de vertegenwoordigers van de verschillende slachtoffergroepen hebben we nu de keuze gemaakt voor een tijdloos ontwerp, dat op een zeer natuurlijke wijze ingebed wordt in het kaaiweefsel. Dit namenmonument zal Schelde en stad verbinden en volgende generaties Antwerpenaren uitnodigen om stil te staan bij de overleden slachtoffers van de zwartste bladzijden uit de geschiedenis van onze stad, hen gepast te herdenken, en onze democratische waarden beter te begrijpen. Want vrijheid is nooit vanzelfsprekend.”

Multidisciplinair ontwerpteam
Eind 2020 ging AG Vespa op zoek naar een getalenteerd multidisciplinair ontwerpteam met capaciteiten op het vlak van onder meer landschap, openbaar domein, waterkering, archeologie, erfgoed, ecologie, architectuur en kunst. De ontwerpopgave voor de omgeving van het Loodswezen bestond uit 2 belangrijke onderdelen: de heraanleg van het openbaar domein zoals voorzien in het masterplan Scheldekaaien met integratie van de verhoogde waterkeringsmuur, en de realisatie van een ambitieus namenmonument ter herdenking van de overleden Antwerpse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Het ontwerpteam onder leiding van Bureau Bas Smets wist te overtuigen met een geïntegreerd ontwerp als antwoord op deze vragen en met respect voor de historische waarde van de site. Het team bestaat behalve uit Bureau Bas Smets uit Gijs Van Vaerenbergh bvba, Atelier Ruimtelijk Advies bv, Steenmeijer Architecten bvba, Antea Belgium nv, UTIL cv, Endeavour nvdr cvba, en Plant en Houtgoed bvba.

Schepen voor stadsontwikkeling Annick De Ridder: “Met de aanstelling van het multidisciplinaire ontwerpteam wordt een belangrijke volgende stap gezet in de ambitieuze herontwikkeling van de Loodswezensite als onderdeel van het masterplan Scheldekaaien. Met heerlijk erfgoed dat verwijst naar de rijke geschiedenis van de Antwerpse haven en als scharnierpunt tussen de Schelde, de binnenstad en het Eilandje is de Loodswezensite een prachtlocatie. Daar komt met de herontwikkeling nog een extra dimensie bij door de maximale vergroening en door de integratie van een nieuw namenmonument ter nagedachtenis van de overleden Antwerpse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog.”

Stadsbouwmeester Christian Rapp: “De jury verliep zeer vlot en aangenaam, waardoor we relatief snel een unanieme beslissing konden nemen. Niet evident voor een project van deze schaal met veel belanghebbenden. De beoordelingscommissie bestond uit experten van diverse kennisdomeinen: naast de afdelingen van de stad en AG Vespa zetelden er ook vertegenwoordigers uit de kunstwereld, De Vlaamse Waterweg, de wetenschappelijke adviesraad WOII en een expert in landschap en publiek domein. De commissie kreeg op voorhand de kans om de maquettes van de vijf ontwerpen te bewonderen in het Loodswezen, wat een enorme meerwaarde was voor de dialoog tijdens de jury.”

Groen ontwerp met tuinen en een namenmonument met zicht op de Schelde
In het ontwerp wordt de kade vergroend als een park met verschillende tuinen en worden de voormalige vlieten (Brouwersvliet, Sint-Pietersvliet en Koolvliet) opnieuw visueel uitgewerkt als een verbinding tussen stad en stroom. Langs weerszijden van de voormalige vlieten wordt het namenmonument geïntegreerd. Langs stadszijde vormen de vliettuinen de ‘entrees’ tot het projectgebied met elk een eigen identiteit. Langs die vliettuinen zijn verschillende zones zichtbaar in het ontwerp: een zone met pocketparken rond het Loodswezengebouw en de Boeienloods, een zone met een grote trappenpartij, en een zone met een ligweide. De natte zijde, het overstroombare gedeelte, de kade langs de Schelde, vormt een ononderbroken wandeling van noord naar zuid langs de Blauwe Steen.

De zone met pocketparken rond het Loodswezengebouw en de Boeienloods onderscheidt zich van de rest van de kaaien door de opmerkelijke erfgoedwaarde en de sterke relatie met het water. Een keermuur met zittrappen beschermt het Loodswezenmonument van het stijgende waterniveau. Aan stadszijde komt een glooiende, ommuurde stadstuin die aansluit op de stad. De Boeienloods zal op een subtiele manier, en met respect voor het erfgoed, mee onderdeel van de waterkering vormen.
De zone met de zogenaamde ‘Scheldetreden’, een trappenpartij, is bruikbaar als zit- en rustplek, maar is bij gelegenheid ook bruikbaar voor kleinere evenementen of ceremonies.
De zone met ligweide is met zicht op de Schelde uniek en uitnodigend. Ook vanaf de Schelde laat het ontwerp zich duidelijk lezen met een lager gelegen gedeelte met uitgestrekt gazon en een hoger gelegen landschap met hoogstammig groen.

Gedelegeerd bestuurder van De Vlaamse Waterweg nv Chris Danckaerts: “De voorbije jaren maakten we werk van de stabilisatie van de kaaimuur ter hoogte van de Loodswezensite met het oog op de realisatie van waterkering en de inrichting van de kaaivlakte. Het ontwerpteam geeft niet alleen op uitstekende wijze invulling aan de ambitieuze heraanleg van het openbaar domein van de Loodswezensite, maar gaat in deze zone ook op doordachte wijze om met de te realiseren verhoogde waterkering van de Scheldekaaien in het kader van het Sigmaplan.”
Diverse beplanting
Het ontwerp heeft ook een uitgesproken en duidelijke klimaatambitie. Zo worden er koelteplaatsen ontworpen en is er veel aandacht voor de keuzes van beplanting. De soorten beplanting worden afgestemd op de eigenheid van de plek (lokale groeicondities, beschikbare wortelruimte, standplaats, bezonnings- en vochtigheidsgraad) waardoor de beplanting varieert naargelang de zone. Ze zal anders zijn in de nattere vlietentuinen dan in de pocketparken of in de verhoogde ligweide. Er is in het ontwerp ook aandacht voor intelligent waterbeheer met bijvoorbeeld wadi’s in de vlietentuinen met waterminnende planten.

Het gehele parklandschap draagt bij tot de rust en sereniteit die het namenmonument vraagt, als een soort van stilteplek. Toch is de stedelijke ruimte zo ontworpen dat ze ook ruimte creëert voor ontspanning, met een kwalitatief, groen openbaar domein dicht bij het centrum van de stad.

Namenmonument als onderdeel van het openbaar domein
De ontwerpwedstrijd omvatte ook de realisatie van een ambitieus namenmonument ter herdenking van de overleden Antwerpse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Het is de ambitie om voor de Loodswezensite een geïntegreerd ontwerp op te maken dat de doelstellingen uit het masterplan Scheldekaaien combineert met die voor het namenmonument.
Het namenmonument herdenkt alle overleden slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog in Antwerpen en omvat een inclusieve namenlijst, ingedeeld in de vier verschillende slachtoffergroepen: de slachtoffers van de Holocaust, de burgerlijke slachtoffers van nazigeweld, de burgerlijke slachtoffers van militair geweld, en de militaire slachtoffers. Deze namen zullen de indrukwekkende aantallen zichtbaar maken en de omvang weergeven van de verschillende slachtoffergroepen.

De site tussen het Noorderterras en het Bonapartesluis wordt gekenmerkt door enerzijds de unieke locatie langs de Schelde en anderzijds de historische vlieten die het doorsnijden. Deze voormalige binnenstedelijke havens zijn nog zichtbaar in het huidige stratenpatroon. Het team rond Bureau Bas Smets nam de vlietmuren als basis voor het ontwerp van het namenmonument.
Zo worden er drie grote verbindingen gemaakt waar vroeger het water vloeide. Via deze corridors zal de binnenstad maximaal verbonden worden met de kaaien. De drie vlieten staan haaks op de Scheldekaaien en bakenen de verschillende deelzones af waar de waterkering opgetrokken wordt: de pocketparken, de Scheldetreden en de ligweide. Daar waar de waterkering niet door vaste structuren wordt gerealiseerd, zoals in de vlietstructuren, zal er gebruik gemaakt worden van mobiele keermuren. De vlieten, die vroeger het water in de historische stad trokken voor de handel, worden zo de basis voor de toekomstige stad, die zich beschermt tegen het opkomende water terwijl het ontwerp de ruimte vrijmaakt voor meer groen en recreatie op de Scheldekaaien. Het geheugen van de stad wordt zo onthuld, hersteld en vernieuwd.

Namenmonument met 6 gedenkmuren tussen 3 herinneringstuinen
De 6 lineaire muren die op de locatie van de voormalige vlieten komen, zijn de uitgelezen plek voor het maken van een namenmonument. De vlieten getuigen van het verleden van de stad en kunnen de herinnering aan de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog verankeren in de geschiedenis van Antwerpen. De vlietmuren worden ingezet als identiteitsdrager om zowel ruimtelijk de relatie tussen de stad en Schelde te versterken, als symbolisch de oorlogsslachtoffers te herdenken.

De gedenkmuren langs de vlieten bakenen drie intiemere herinneringstuinen af. Deze herinneringstuinen brengen verschillende gemeenschappen en generaties samen en stimuleren zo een gebruik als kleinschalige ontmoetingsruimte en stilteplek op de kaai.  
De gedenkmuren zijn ontworpen als een expressie van zowel de individualiteit van elk slachtoffer als de collectiviteit van de slachtoffergroepen. De naam van elk overleden slachtoffer wordt op een afzonderlijke natuursteen gegraveerd om de individualiteit van elke getroffene te benadrukken. De verschillende stenen worden per slachtoffergroep langsheen de vlietmuren geplaatst. Het grote aantal afzonderlijke stenen, en dus slachtoffers, zal indrukwekkend zijn en zal zo helpen om het drama van de Tweede Wereldoorlog beter te begrijpen.
Het is de bedoeling om naargelang het aantal geleefde decennia van het slachtoffer, een soortgelijk materiaal te gebruiken. Zo wordt duidelijk hoeveel mensen van elke leeftijd slachtoffer werden. Er ontstaat bovendien ook een verwantschap over de verschillende slachtoffergroepen heen.
De plaatsing van de namen in de vlietmuren nodigt bezoekers uit om een wandeling langs de herinneringstuinen te maken. In totaal zullen de gedenkmuren 336 meter lang zijn en uit meer dan 25.000 gedenkstenen bestaan. Stad Antwerpen voert momenteel een uitgebreid historisch onderzoek om de namen van deze 25.000 overleden slachtoffers te achterhalen. Via de website www.antwerpenherdenkt.be/namenproject kunnen nabestaanden en andere betrokkenen de stand van zaken van het onderzoek raadplegen. Er is ook de mogelijkheid om aanvullingen en correcties door te geven.

Ontwerper Bas Smets: “De verhoging van de Scheldekaaien stelt de vraag hoe de binnenstad het contact met het water kan behouden overheen deze hoge keermuur. De site van het Loodswezen, gelegen tussen het Noorderterras en de Bonapartesluis, bezet een unieke locatie aan de Schelde waar vroeger drie binnenhavens de boten de stad introkken. De historische tracés van deze ‘vlieten’ zijn nog zichtbaar in het achterliggende stratenpatroon en dienen als uitgangspunt voor het ontwerp. Net op deze plek gaan we de stad met de Schelde verbinden. De verhoogde keermuur wordt opgenomen in drie parkfiguren die opgespannen zijn tussen de vlieten: een Omsloten Tuin aan het Loodswezen, een ruime Scheldetrap als amfitheater, en een genereuze ligweide met zicht op de stroom.
De vlietmuren dienen ook als drager voor het namenmonument voor de overleden Antwerpse slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog. Zo wordt dat monument een integraal onderdeel van de publieke ruimte. Het ontwerp verbindt de geschiedenis van de stad met de herinnering aan haar bewoners.”

Foto’s: www.antwerpen.be / Bureau Bas Smets