Na de Eerste Wereldoorlog ondergaat België – net zoals de wereld – ingrijpende veranderingen. De samenleving worstelt met ontwrichting. En tegelijkertijd herleeft ze.
Met de tentoonstelling ‘De Groote Oorlog voorbij: 1918-1928’ gaat het War Heritage Institute dieper in op verschillende grote thema’s: het eindoffensief, de bevrijding, de periode kort na de oorlog, de geopolitieke omwentelingen, de economische heropbouw, het rouwproces en de herinnering, de socio-politieke en de socio-culturele veranderingen. De tentoonstelling omvat uitzonderlijke stukken uit de rijke WHI-collecties en uit nationale en internationale musea. Decors en getuigenissen uit ‘Les Années folles’ en interactieve tools brengen een sfeer vol verrassing en emotie.
Uit de impasse: 1918 Wanneer in juli 1914 de oorlog uitbreekt, verwacht iedereen dat die snel voorbij zal zijn. Maar 3,5 jaar later zijn de Staten én hun kolonies uitgeput en is de economie van alle werelddelen doodgebloed. De twee kampen zetten daarom alles op alles, in de hoop dankzij een ultiem offensief eindelijk uit de impasse te geraken.
Tussen oorlog en vrede: de wapenstilstand brengt nog geen vrede in het land. Terwijl de koning aan het hoofd van zijn leger triomfantelijk terugkeert naar Brussel, verlaat de Duitse bezetter het land, op de voet gevolgd door de geallieerde legers. Het is een woelige periode waarbij de bevolking balanceert tussen hoop en wanhoop, tussen vreugde en verdriet. Nu pas wordt duidelijk welke ravage de oorlog in België heeft aangericht.
Een overwinning zonder vrede: de vredesonderhandelingen in Parijs monden uit op de ondertekening van verdragen die in naam van het zelfbeschikkingsrecht der volkeren de verdwijning en opdeling van de overwonnen rijken bevestigen. Duitsland, Oostenrijk-Hongarije, Rusland en het Ottomaanse Rijk verdwijnen, terwijl Staten met betwiste grenzen en ontevreden minderheden het licht zien. Het verdrag van Locarno in 1925 kan de gemoederen niet tot bedaren brengen. “Dit is geen vrede, dit is hooguit een wapenstilstand van twintig jaar” – Ferdinand Foch, 1920 “Een nieuwe oorlog over twintig jaar” – Albert I.
Als een feniks uit de as: na de vijandelijkheden wacht de wederopbouw van het land. Woningen en infrastructuur moeten opnieuw worden opgebouwd. De Belgische economie ligt nagenoeg lam. Een snelle relance blijkt ijdele hoop en een terugkeer naar de vooroorlogse economie is onmogelijk. Ook de herstelbetalingen vanuit Duitsland blijven uit. Pas halfweg de jaren ‘20 klimt de Belgische economie uit dit diepe dal.
Werken aan herdenking: na het bloedbad komt de rouw. De voorlopige graven maken plaats voor definitieve begraafplaatsen. Overal worden monumenten opgericht die de doden eren en de overwinning markeren. Graven en slagvelden worden toeristische trekpleisters. De natie wijdt een cultus aan de helden en de offers die ze brachten. Alle herdenkingen staan in het teken van “nooit meer oorlog”.
Een nieuw België: na de oorlog worden heel wat sociale en politieke eisen gesteld; ook de taalkwestie is dan aan de orde. Met het algemeen kiesrecht voor mannen en de sociale hervormingen die de koning op 22 november 1918 aankondigt, stapt België in het tijdperk van de massasamenleving. De werkliedenpartij en de Vlaamse beweging worden permanente politieke actoren. Verenigingen van oud-strijders en invaliden of weduwen en wezen zijn maatschappelijke krachten waarmee voortaan rekening moet worden gehouden. De toestroom van migranten vestigt de aandacht op fundamentele vraagstukken.
Dolle jaren: na vier lange oorlogsjaren, die alle krachten van het land hebben opgeëist, heeft de samenleving nood aan vrijheid en levensvreugde. Dankzij de technische vooruitgang wordt reizen gemakkelijker, is er meer comfort en komt er meer tijd voor ontspanning vrij. De confrontatie van de verschillende culturen die tijdens het conflict met elkaar in aanraking kwamen, doet een nieuwe wind door het culturele landschap waaien. Dynamisme en moderniteit, uitbundigheid en creativiteit karakteriseren de bruisende jaren 1920.
Bij de tentoonstelling hoort een lijvige catalogus die de achtergronden van deze periode grondig duidt.
Het War Heritage Institute realiseert deze tentoonstelling onder de bescherming van het federaal organisatiecomité 14-18.
PRAKTISCHE INFO
Waar: War Heritage Institute – site Koninklijk Legermuseum
Jubelpark 3, 1000 Brussel
Wanneer: van vrijdag 21 september 2018 tot zondag 22 september 2019.

Foto: War Heritage Institute.