In uitvoering van het bestuursakkoord heeft het college vandaag een aantal uitgangspunten over de toekomst van het beheer van de culturele instellingen waarvoor de stad de bevoegde overheid is, goedgekeurd. Het gaat om de stedelijke musea en erfgoedinstellingen, Arenberg (vzw Antwerpen Kunstenstad), de voormalige provinciale musea (SON De Museumstichting) en het Maagdenhuis (OCMW). Dit voorstel wordt nog voorgelegd aan de gemeenteraad.

Reeds in 2016 keurden stad en provincie Antwerpen het principe goed dat de stad in deze legislatuur een standpunt zou innemen over het stedelijk museumlandschap.

De uitgangspunten die aan de gemeenteraad zullen worden voorgelegd zijn:
De oprichting van een autonoom gemeentebedrijf (AG) culturele instellingen Antwerpen.
De overdracht van de werking van de genoemde culturele instellingen naar het AG.
De start van de werking van het AG vanaf 1 januari 2020.
De stad als eigenaar van de collecties en het personeel in dienst van de stad.

Stad Antwerpen kiest voor een externe verzelfstandiging in een AG. “Met deze keuze gaan we verder op de ingeslagen weg van de groepsoptimalisatie, waarbij de stad het aantal structuren en de daarmee verbonden kosten en mandaten beperkt”, verduidelijkt schepen voor financiën Koen Kennis. “De culturele instellingen zitten hierdoor niet langer in een verspreid landschap met verschillen in onder andere statuut en beheersstructuur”, vult schepen voor cultuur Nabilla Ait Daoud aan. “Door te kiezen voor een AG worden de verschillende instellingen lid van een groep met een groot strategisch en operationeel gewicht die voldoende slagkracht heeft in het Vlaamse erfgoedveld. Tegelijkertijd behouden de individuele instellingen hun eigen identiteit.”

Binnen de huidige complexe structuur van musea, erfgoedinstellingen en Arenberg is momenteel een grote diversiteit aan personeelsstatuten. “Na de oprichting van het AG zal het personeel in dienst zijn van de stad met de bijhorende rechtspositieregeling. Hierdoor creëren we maximale gelijkheid van alle werknemers binnen de culturele instellingen en bij uitbreiding binnen stad Antwerpen. De werknemers krijgen op die manier ook toegang tot de interne jobmobiliteit binnen de stad”, verduidelijkt schepen voor personeel Nabilla Ait Daoud.
Voor de concrete realisatie van deze beslissing zal tijdens de komende maanden een gedetailleerd stappen- en communicatieplan worden uitgewerkt. Dit stappenplan geeft bijzondere aandacht aan het personeel, het mandaat van de instellingsdirecteuren, de organisatie als geheel, het luik marketing en communicatie en financiën. De directeuren behouden hun artistieke vrijheid en inhoudelijke verantwoordelijkheid. Binnen de globale (communicatie)strategie van de stad Antwerpen zal er voldoende ruimte zijn voor het merk van de individuele cultuurhuizen. Zo behouden ze hun identiteit en imago. Op vlak van financiën wordt bekeken hoe er vanuit de AG voldoende snel en wendbaar ingespeeld kan worden op verschillende ontwikkelingen.

Met dit nieuwe kader wil de stad haar medewerkers de kans geven om op een positieve manier te werken aan het museum
en cultuurlandschap van de toekomst.