De opeisingen van werklieden tijdens WOI uit onze streek hebben een zeer hoge dodentol geëist. Zo staat 26 juni 1918 zonder discussie geboekt als een dramatisch moment in de nadagen van de Groote Oorlog, historisch vertaald als de Ramp van Bousbecque. Bij een geallieerd luchtbombardement die dag op de bevoorradingszone Leievallei achter de Duitse frontlinie tussen Bousbecque en Wervik, werden vier fatale bommen gedropt boven de fabriek Blanc de Comines, waar de werkbrigade Bousbecque met opgeëiste arbeiders uit Hamme, Zele en Baasrode tewerkgesteld was. Het resultaat was verschrikkelijk: gedurende die ene noodlottige minuut lieten 38 opgeëisten het leven. Tot voor kort was er niets dat nog aan dit feit herinnerde. Zondag 1 juli, 100 jaar na datum, hebben Heemkring Osschaert Hamme en H.O.K.Zele uiteindelijk een officiële gedenkplaat kunnen inhuldigen, waardoor deze slachtoffers nu een naam hebben gekregen. Een 40-tal geïnteresseerden uit Hamme en Zele, waaronder enkele nazaten van de slachtoffers, woonden de plechtigheid bij. De heer Alain Detournay, burgemeester van de Noord-Franse gemeente Comines, sprak zijn dankbaarheid uit voor onze inspanningen en het vele zoekwerk, terwijl de voorzitters van de beide heemkringen hun eerbetoon uitdrukten door het neerleggen van een bloemenkrans onder het spelen van de Last Post door twee Wervikse trompetters. De namiddag werd afgesloten met een receptie en een avondmaal.
Dit dossier kadert in onze herdenkingsplechtigheden rond de Eerste Wereldoorlog en vormde de apotheose van de expositie die tijdens de maand juni te zien was in het id+center voor woord, beeld & geschiedenis te Hamme. In het jaarboek 2018 dat in december zal verschijnen, wordt hierover een uitvoerig artikel opgenomen.

Foto: Stad Hamme