Jeroen Brouwers (1940) brengt zijn kindertijd door in Indië. Na de Japanse invasie belandt hij in het Japanse interneringskamp Tjideng. In 1948 komt Brouwers naar Nederland, waar hij tot zijn zeventiende in katholieke kostscholen verblijft. Na zijn dienstplicht werkt hij enkele jaren in de journalistiek.
In 1964 debuteert hij met de verhalenbundel ‘Het mes op de keel’. Voor zijn daaropvolgende roman, ‘Joris Ockeloen en het wachten’ (1967), ontvangt hij de Vijverbergprijs. Bij het grote publiek wordt hij bekend met ‘Bezonken rood’ (1981), waarin hij de toestanden in het jappenkamp beschrijft. Deze roman vormt het tweede deel van de autobiografische Indiëtriologie, met als eerste deel ‘Het verzonkene’ (1979, Multatuliprijs 1980) en ‘De zondvloed’ (1988, F. Bordewijkprijs 1989) als laatste deel.

In ‘Cliënt E. Busken’ van Jeroen Brouwers zit de hoofdpersoon vastgegord in zijn rolstoel op de gesloten afdeling van een instelling waar hij tegen zijn zin verblijft en denkt, piekert, maalt en bedoelt. Hij zegt niets en misschien is er iets mis met zijn gehoor, maar van wat om hem heen gebeurt blijft hij een scherp waarnemer en inwendig voorziet hij zijn medebewoners en het personeel van snerpend commentaar. Ongericht wentelen zijn gedachten door elkaar en bewegen zich van verontwaardiging en machteloos verzet tegen zijn situatie via troebele herinneringen naar megalomanie. ‘Cliënt E. Busken’ beschrijft een dag van zijn verblijf in de psychiatrische instelling. Navrant en hilarisch openbaart zich een warrig geestesuniversum.

Auteur: Jeroen Brouwers

ISBN: 9789025455941

Prijs:€ 21,99

Uitgevers: VPK