Vier universiteiten en zes hogescholen bundelen krachten, middelen, onderzoekscapaciteit en kennis voor de uitbouw van een sterke eerste lijn. Deze Academie voor de Eerste Lijn komt tot stand dankzij de steun van het Fonds Dr. Daniël De Coninck, beheerd door de Koning Boudewijnstichting, dat 2,5 miljoen euro uittrekt voor vijf jaar. De Academie gaat van start met een kick-off meeting op 28 januari.
De nieuwe Academie voor de Eerste Lijn (Primarcy Care Academy – PCA) is geen klassieke leerstoel maar krijgt vorm als een netwerk van organisaties, een kennishub voor de eerste lijn. Daarom werden ook het Vlaams Patiëntenplatform en het Wit-Gele Kruis betrokken bij het initiatief. Het Fonds De Coninck stelde een doorgedreven samenwerking van verschillende kennisinstellingen én ook andere belangrijke spelers op het terrein als essentieel selectiecriterium om de steun toe te kennen.

De eerste lijn: dat is iedereen die betrokken is bij het welzijn van en de zorg voor mensen die (nog) thuis wonen. Het gaat over professionals zoals huisartsen, thuisverplegers, apothekers en psychologen, maar ook over welzijnswerkers. Ook mantelzorgers en vrijwilligers spelen een belangrijke rol in de eerste lijn. De nieuwe Academie richt zich in het bijzonder op personen met matig complexe zorgvragen met als doel verdere achteruitgang te voorkomen. Ze speelt in op maatschappelijke tendensen en recente beleidskeuzes. Mensen wensen vaak zo lang mogelijk thuis te wonen of zelf voor hun naasten te zorgen – dat geldt voor ouderen, voor kinderen met een beperking, voor mensen met psychische problemen of een chronische ziekte…. De Vlaamse overheid pikt daarop in en keurde begin december 2018 een decreet goed dat de organisatie van de eerste lijn in Vlaanderen grondig hervormt. Zo wordt Vlaanderen opgedeeld in 60 eerstelijnszones waar lokale besturen, zorg- en welzijnsactoren nauw gaan samenwerken.

De Academie voor de Eerste Lijn moet de onderzoekscapaciteit in Vlaanderen over de eerste lijn vergroten. Ze zal de eerstelijnszones ondersteunen door kennis op te bouwen over echte persoonsgerichte zorg, innovatieve instrumenten en actieplannen ontwikkelen in samenwerking met de terreinactoren. Voorts moet de Academie de nood aan onderwijs en permanente vorming van zorgverleners helpen invullen en ertoe bijdragen dat de uitstroom van professionals uit de welzijns- en zorgsector gemilderd wordt.

Door de steun van het Fonds Dr. Daniël De Coninck en het engagement van de betrokken kennisinstellingen kan de Academie deze opdrachten in alle onafhankelijkheid opnemen. De trekkers van het consortium zijn prof. Roy Remmen (Universiteit Antwerpen) en dr. Emily Verté (VUB). Daarnaast zijn teams betrokken van de KU Leuven, UGent, Hogeschool Gent, Karel de Grote-Hogeschool, Arteveldehogeschool Gent, Thomas More Hogeschool, UCLL en VIVES. Concreet zullen de middelen van het Fonds Dr. Daniël De Coninck onder meer gebruikt worden om de loonkosten van een aantal onderzoekers te financieren, een communicatieplatform over de eerste lijn op te zetten en jaarlijks een publiek evenement te organiseren. De betrokken universiteiten engageren zich ertoe om hun experts in dit werkdomein tijd en ruimte te bieden om samen te werken en hun kennis uit te wisselen binnen het consortium. 
Het Fonds ondersteunt tevens, met eenzelfde bedrag, een gelijkaardige interdisciplinaire leerstoel van een Franstalig Waals-Brussels consortium.

Over het Fonds Dr. Daniël De Coninck
Het Fonds Dr. Daniël De Coninck, beheerd door de Koning Boudewijnstichting, werd opgericht op initiatief van het Wit-Gele Kruis West-Vlaanderen, gesteund door alle Wit-Gele Kruis-organisaties. Het kreeg de naam van Daniël De Coninck, die gedurende 30 jaar voorzitter was, uit dankbaarheid voor zijn inzet. Het wil een impuls geven aan onderzoek en ontwikkeling in de integrale zorg en ondersteuning voor patiënten die thuis wonen, een domein waarvoor de middelen veel schaarser zijn dan voor gespecialiseerd medisch onderzoek.

Foto: www.kbs-frb.be